Publicaties

WEINIG WOORDEN

Het is lang geleden dat ik een stuk schreef voor publicatie. De zomer was zwoel en lekker warm. Ik was veel met mijn cabrio Free Spirit onderweg naar wonderschone en vaak onbekende plekken. Bovendien merkte ik dat ik steeds minder behoefte heb om veel woorden te gebruiken of het intern gesprek met mijzelf aan te gaan via verhalen en een dagboek. Mijn dagboek voor dit jaar is opmerkelijk leeg. Ik heb niet meer veel met mijzelf uit te zoeken en nauwelijks innerlijke conflicten waardoor evalueren in de vorm van schrijven overbodig is geworden. Uitzondering is schrijven aan mijn vijfde boek maar dat is een rustig en leuk traject dat nog 2,5 jaar de tijd heeft.

Ik ben in mijn lichaam gezakt en daar is het prettig en rustig vertoeven. Misschien zou ik het beter kunnen omschrijven als in mijzelf thuisgekomen. Dat je thuis voelen overal kan, mits je zelf echt aanwezig bent, waar je ook bent. Dus niet het imago, het ego of het ik-beeld nastreven waarmee  velen bezig zijn, en wat weinig laat zien van de werkelijke mens die iemand is.

De enige woorden die ik regelmatig deel via sociale kanalen zijn oproepen voor mijn initiatieven en af en toe een inhoudelijk stukje met betrekking tot mijn werk als counselor en trainer over menselijke transformatiemogelijkheden.

Het leven moet vooral gewoon geleefd worden. Daar zijn weinig woorden voor nodig. Wel heb ik voor nieuwe Vriendschappen en een Muze inspanningen verricht en mensen gesproken maar tot heden heeft dat niets concreets gebracht. Het wordt duidelijk dat ik weinig aansluiting vind op het gebied van emotionele en intellectuele kwaliteit, diepgang en gelijkgestemdheid. Maar als ik eerlijk ben, is dat al zo sinds mijn puberteit. Ik pas niet in hokjes, conformeer mij niet aan maatschappelijke normen en val niet qua bezigheden en levensstijl binnen de grote groep. Indien dat wel zo zou zijn, dan was het ongetwijfeld eenvoudiger om gelijkwaardige gelijkgestemden te ontmoeten.

Het is niet anders. Je kunt niet terug naar de onbewuste fase als dingen tot je bewustzijn zijn doorgedrongen. Daarbij weet ik dat blijven verlangen tot lijden leidt. De boeddhistische visie trekt mij daarin sterk aan. Laat je verwachtingen en verlangens los en je zult je bevrijdt voelen. Vervulling is eenvoudig te vinden in het volgen van je ware natuur en daar vinden we vaak ook onze talenten en als we die kunnen uitoefenen worden we een blij mens. Zo simpel is het dus!

Zodra je vervulling en geluk koppelt aan mensen, dan kun je er zeker van zijn dat ze jou zullen teleurstellen. Want van mensen verwachten we dat ze onze behoeften vervullen. En dat zijn er nogal wat qua diversiteit: financiële, emotionele, fysieke, seksuele, economische of zorg. Maar mensen kunnen dat soms niet en willen dat soms niet, om 1001 redenen. En is het de taak van andere mensen om jou te vervullen? Als kind was je inderdaad afhankelijk van volwassenen om voor je te zorgen. En sommige volwassenen reageren nog steeds als het kind en zijn nooit emotioneel volwassen geworden. Eveneens om 1001 redenen. Ouders/verzorgers die soms hun eigen behoeften op kinderen projecteerden. Of erger: belastende ervaringen overdroegen. Waardoor gezonde evenwichtige volwassenheid niet bereikt kon worden. Die cirkel herhaald zich vaak bij de volgende generaties.

Maar even terug naar weinig woorden: om je bewustzijn te laten toenemen is het ook interessant om de woorden die je normaal nodig hebt om je punt te maken te halveren. Het maakt je erg bewust van je intenties en motivaties en laat je extra stilstaan bij wat je nou eigenlijk wil zeggen. Door stil te staan bij je woordgebruik, kun je vaak ontdekken wat je onderliggende intentie eigenlijk is. In de ontmoeting met een ander, ontmoeten we meteen onze eigen levensthema’s. Als je je daar bewust van wordt, dan zal projectie afnemen en kun je iemand werkelijk horen en zien, zonder de filter van je eigen pijnpunten. Dat is vaak een uitdaging voor veel mensen.

Ik vind het interessant om ouder te worden. Het leven is simpeler geworden en de helderheid over het leven, mijzelf en anderen groter. Dat scheelt een hoop gedoe en zinloze tijdinvestering.

Want soms komt het verleden weer even op bezoek, in de vorm van exen of herkenbare ervaringen en dan is het vaak niet meer nodig om daar ervaringen in aan te gaan, omdat de les goed geleerd is. Dat is mede een voordeel van ouder worden: je hebt geen zin meer in gezeur of gedoe en het interesseert je niet meer wat anderen (lees onbekenden) van je vinden. Veel is al meegemaakt: de verliezen, illusie-ontmaskering, in puin vallen van luchtkastelen en er zijn meerdere relaties of ervaringen geweest, dus niemand kan je zomaar nog van alles wijsmaken. Je hebt er gewoon geen energie voor, geen zin in of er geen tijd voor over. Daarbij is het opdoen van levenservaring ook een verkorte weg naar zeer nauwkeurig met energie en tijd omgaan.

Immers tijd wordt zeer kostbaar als je ouder wordt. De klok telt af. De sterfelijkheid wordt bewuster ervaren. Je gaat veel zuiniger met tijd en jezelf om. Er valt namelijk niets meer in te halen als je toekomst aanzienlijk korter is geworden dan het veel langere verleden, dat genadeloos laat zien dat het leven inderdaad kort is. Als we ouder worden lijkt de tijd ook veel sneller te gaan. Dat komt omdat er minder nieuwe ervaringen opgedaan kunnen worden omdat we al het nodige hebben meegemaakt. Nieuwe ervaringen lijken altijd langer te duren omdat we niet weten wat er aan komt of hoe het loopt. Vergelijk het maar met een weg die je moet afleggen, maar niet weet hoe die loopt. Voor je gevoel lijkt dat eindeloos te duren. Zodra je hem kent en opnieuw gaat, lijkt het veel korter te duren. Zo ook met de beleving van de ervaringen in het leven en de tijd die sneller lijkt te gaan.  

Door je levenservaring kies je nu voor wat je energie geeft, waar je blij van wordt, en ben je niet meer gevoelig voor mooie plaatjes en praatjes. Het rauwe leven kan opmerkelijk veel schoonheid laten zien, mits je ogen er op ingesteld zijn. Jouw waarneming en blikveld vormt zich volledig in jouw eigen hoofd. We kijken met onze hersenen. Daarmee heb je goud in handen, zoals je begrijpt. Want wat je wil zien, is onderhevig aan je eigen filter. Als je schoonheid wilt zien, dan is dat er. Staat je blik afgestemd op tegenslag en ellende, dan vind je dat in overvloed. Dus de waarnemer bepaalt de waarneming. Dat betekent overigens niet dat je je ogen sluit voor alle ellende in de wereld. Het betekent uitsluitend dat je kiest voor een positief wereldbeeld. Net zoals je kiest voor tevredenheid en geluksgevoelens. Je maakt en creëert ze zelf. Mogelijk dat je nu denkt: nou dat is wel erg simpel gedacht. En ja, dat is het inderdaad ook. Drama en ellende worden voor 80% veroorzaakt door onze eigen gedachtestroom. Want hoe moeilijk en verdrietig een situatie ook is, je kunt er een kans voor groei in zien of vechten tegen iets dat jou niet had mogen overkomen. De groeikans wordt gezien door de actieve positieveling die het omvormt. De weerstand tegen de realiteit wordt door het slachtoffer waargenomen, die er niet van leert en in herhaling zal vallen en de status qua handhaaft. Waar kies jij voor?

Dit zijn toch nog aardig wat woorden, en dat was niet mijn voornemen. Dus ik ga eindigen met een mooie quote: niets brengt je meer rust, dan je met je eigen zaken te bemoeien.

Heb het mooi!

Miranda

HUMAN NATURE

De woorden blijven steken. Toch moet er iets gezegd worden. Dat voel ik vanbinnen. In deze chaotische en gespannen tijd is er veel komen bovendrijven van de menselijke natuur. En net zoals we twee hersenhelften hebben, die beide een andere specialisatie hebben en andere taken uitvoeren, zo is er in de samenleving ook een ruwe tweedeling nog scherper naar voren gekomen. Want die afsplitsingen in kleine groepen, in minderheden, is echt niet nieuw. Echter nu wordt de angst die verpakt is in schuldigen zoeken, in ageren en argumenten zoeken om de ander te overtuigen van het eigen gelijk, of de oproep om verantwoordelijkheid te nemen voor de volksgezondheid scherp zichtbaar. Onzekerheid en een crisis leggen alles bloot dat voorheen afgedekt kon blijven. Het natuurlijk verloop van een pandemie is door de eeuwen heen al meegemaakt. Gedragsverandering bij grote groepen mensen is best lastig te realiseren en leven met een nieuwe werkelijkheid roept altijd weerstand op. Opstanden en oorlogen zijn niet nieuw.  De eerste pandemieën ontstonden al in de Romeinse tijd, de Spaanse griep in 1918 duurde twee jaar en kostte 50 miljoen mensen het leven. Alle pandemieën werden veroorzaakt door de overdracht van een virus van dier op mens. Dus als wij ons gedrag ten opzichte van dieren en natuur niet veranderen, dan zullen pandemieën blijven plaatsvinden. Ook de klimaatcrisis wordt door de mens zelf veroorzaakt. Het is de mens die de natuurlijke balans in de natuur verstoord door winstbejag. Financiele en persoonlijke agenda’s van besturen die nog niet genoeg omzet hebben gemaakt. Alles ten koste van natuur en milieu. We veroorzaken het zelf en zolang we niet bereid zijn hand in eigen boezem te steken, zullen we blijvend uitgedaagd worden om de ogen echt te openen en iets aan ons egocentrisch gedrag te veranderen.

En het is de mens die in een gezonde emotionele en fysieke ontwikkeling wordt gestoord door ouders/opvoeders die zelf een verstoorde en ongezonde opvoeding ondervonden en dat weer doorgeven aan hun kinderen. Daarna geven deze kinderen hun ervaringen weer door aan hun kinderen. En zo blijven we bijdragen aan de herhaling van disfunctionaliteit en verstoorde relaties. Totdat we beseffen dat wij die cirkel kunnen doorbreken door niets door te geven dat disfunctioneel of verstoord is. Dat kunnen we doen door Zelf gezond en gelukkig te worden, door onze wonden te helen zodat we liefde en harmonie kunnen doorgeven. We moeten zelfreflectief worden en verantwoordelijk worden voor ons eigen gedrag en leven. Iets dat we nog vaak afschuiven op de omgeving, op de ander die de vermeende dader is. Er zijn gewonde mensen en er zijn geheelde mensen. Hun gedrag weerspiegelt hun wond of hun harmonie. De wond kan genezen mits men bereid is naar binnen te gaan en aan het werk te gaan met de eigen innerlijke wereld. Er lopen nog teveel mensen rond die zich niet bewust zijn van hun negatieve houding en destructieve gedrag.

Ik zou volmondig willen zeggen dat ‘de meeste mensen deugen’. Maar er zijn zieke geesten, zieke mensen die haat en ziekte voortbrengen, grote dictatoren deugen niet, ook al zijn het zieke geesten. Het heeft miljoenen mensen de dood ingejaagd. Daar is geen excuus voor en ik heb daar geen begrip voor. Deze mensen deugen niet. We willen het liefst geloven dat elk mens deugt. Of dat het Gods plan is. Dat alles een reden heeft. Maar de mens mag gaan stilstaan bij zijn eigen intentie en gedrag. En dat deugt soms echt niet en heeft soms verstrekkende gevolgen voor veel anderen.

Onbewustheid, onwetendheid en egocentrisme is een veel groter probleem dan de huidige pandemie. Deze pandemie is over vijf jaar ook voorbij en dan zijn we weer met volle vaart bezig met ons oude gedrag. Er wordt vaker niet verder gekeken dan de eigen voordeur. Men gaat slechts veranderen als de eigen overleving in het gedrang is en men het van zeer dichtbij voelt. In crisis laten we onze ware aard zien. De reeds aanwezige onderhuidse ontevredenheid wordt slechts groter. De eerdere afgezonderdheid wordt nu sociaal isolement. De afgedekte relatieproblemen leiden nu tot scheiding. Deze crisis legt bloot wat al niet goed zat en dat was toch echt het nodige.

Ik kijk en luister soms met plaatsvervangende schaamte naar de oeverloze haatdragende taal die veel mensen online zetten en waar ze andere mensen mee bekogelen. Ik ben dan niet trots om deel uit te maken van de menselijke soort. Ik ben geneigd mij te onttrekken aan die haatstroom en mensen zeer selectief uit te nodigen of te volgen. Blokkeren om niets meer te zien ben ik ook vaker gaan doen. Het is lastig om het groeiende donker buiten te sluiten maar dat kan alleen door in het licht te blijven staan, in mijn eigen licht. Naïviteit is het niet, eerder respect voor mijn innerlijke rust.

Als ik in de natuur ben kom ik tot rust. Dat is de plek waar ik tegenwoordig vaak ben. Mijn weg naar muziek, boeken en interessante podcasts vond ik eerder al, maar die bezigheden zijn geïntensiveerd. Ik ben graag in inspirerend gezelschap en die antenne staat scherp afgesteld. Het voordeel van ouder worden is dat ik geen zin meer heb in gedoe, zeker niet van anderen en dat ik zeker niet dingen wil doen die niets bijdragen aan vooruitgang en optillende energie. Dus doe ik dat wat energie brengt. De tijd is beperkt en er nauwkeurig mee omgaan is belangrijk. Mijn passies hebben een nog belangrijkere rol gekregen in mijn leven en ik moet erkennen dat de samenwerking of het gezelschap van andere mensen daarin een kleiner aandeel krijgt omdat het steeds solistischer wordt omdat ik zie dat zingeving niet per se afhankelijk is van het contact met andere mensen. Zingeving vraagt een actieve innerlijke houding. Vergis je niet dat ik het soms fijn vind om mij te vermengen met inspirerende mensen. Maar niet alle mensen deugen en niet elk mens past bij elk mens. De juiste mensen herken ik echter zeker. Ik heb er mijn vak van gemaakt om de menselijke natuur en de menselijke geest te bestuderen. Het was belangrijk om mijn eigen natuur en geest uiteraard daarvoor ook grondig aan introspectie te onderwerpen. En mijn studie te verdiepen. Zelfkennis is het begin van alle wijsheid. Ik ontdekte een solist te zijn en in stilte en alleen-zijn volmaakt gelukkig te zijn. Gelukkig met jezelf zijn is het begin van alle vrijheid. Alle vrijheid om te kijken met wie je wilt delen. Alleen zijn is geen hoge prijs om te betalen. Het is voor mij het serene moment van volledige vrijheid en complete afgestemdheid van alle delen in mij.  Van daaruit kan ik helder waarnemen en de wereld ingaan en hopelijk goed doen en maatschappelijk bijdragen aan meer harmonie. Daar is in deze tijd erg veel behoefte aan want de menselijke natuur staat in brand en veroorzaakt een hoop ellende.

Ik sluit mijn ogen even, klap mijn laptop dicht, hoor de stilte en voel me sereen. Je rust behouden is oog hebben voor de voorwaarden die jij verbindt aan kwaliteit van leven. Ik heb weinig nodig om die kwaliteit te ervaren. Die begint namelijk in mijn eigen hoofd en hart. In de kwaliteit van mijn gedachten en gedragingen, daarmee creëer ik mijn wereld die collectief bijdraagt aan de buitenwereld. Als we ons daarvan bewust worden dan gaan we ons anders gedragen en denken we na voordat we onze negativiteit verspreiden. Sta stil bij wat je bijdraagt, laat het iets moois zijn.  

EEN OPEN DEUR

Mijn deur heb ik opengezet voor kennismaken met een muze/minnares. Door de jaren heen ben ik tot de wens voor deze nieuwe en vrije vorm van samenzijn gekomen. Enerzijds omdat ik echt gelukkig ben met mijn single vrije leven, anderzijds omdat mijn smaak erg zeldzaam is binnen de erg kleine lesbische community en de keuze vrijwel nihil is, eveneens omdat ik de meerwaarde van een vaste relatie niet meer zie en ervaar, eerder de nadelen en beperkingen.

Een muze is inspiratie voor de kunstenaar, maar het moet uiteraard een inspiratie zijn voor beide zielen. In het online landschap zijn er een paar mogelijkheden om vrouwen te kunnen ontmoeten. Mijn ervaring uit het verleden is erg ruim, zowel in avonturen, eenmalige encounters, heel veel dates en een paar liefdesrelaties, dus ik weet precies wat ik wel en niet wil en wat werkt voor mij. Tegenwoordig ontmoet ik nog zelden vrouwen voor ‘n live-ontmoeting en bij de quest naar een specifieke muze/minnares blijkt het net zo lastig om een goede match te maken. Hoewel de gewenste verbinding vrij, vrijblijvend en geen relatie is, en niet meer dan twee keer per maand hoeft plaats te vinden, is het uiteraard nog steeds een menselijk proces dat ik aanga. Dat ik inspiratie, avontuur en uitwisseling wil delen, betekent niet dat ik zonder hechting een langer contact kan aangaan. Want zo werkt dat niet als er meer gedeeld wordt dan lust en seks. Door emotionele uitwisseling ontstaat er bij langdurige contacten menselijkerwijs gehechtheid.  

Ik werd getuige van een online landschap waarin ik oeverloze foto’s van borsten tegenkwam of handen in slipjes en uitdagende poses in lingerie. Zonder echt contact is dat nietszeggend voor mij tegenwoordig. Pornografisch zelfs, maar dan zonder enige aantrekkelijkheid of opwinding. Voor mij is dat hetzelfde als small-talk, het geeft geen enkele energie en voegt totaal niets toe aan het leven. En uiteindelijk gaat het daar natuurlijk wel om: wat voegt het toe, verrijkt het, word ik er blijer van en wijzer. Of ik kwam terecht op platforms waar men wel de kleren nog aanhad maar men niet reageerde omdat een muze/minnares als oneervol voorstel werd gezien. De meesten waren gericht op een relatie en de ware willen ontmoeten. Dus dat ligt ver af van het vrije samenzijn waar ik voor opensta. Dus het blijkt ondanks het vrije en vrijblijvende toch niet zo eenvoudig te zijn om die muze/minnares tegen te komen. Hoewel biseksuele vrouwen vaak uiterlijk veel vrouwelijker zijn dan lesbische vrouwen, die ik vaak als te mannelijk en complex ervaar, is dat heel prettig en mooi om die vrouwelijkheid te zien, maar ook de emotionele en intellectuele klik mag niet ontbreken. Ik voel geen aantrekking tot een vrouw als die klik er niet is, hoe prachtig ze er ook aan de buitenkant uitziet. Bovendien zijn aardig wat biseksuele vrouwen gebonden en hebben een partner. Op zich hoeft dit niet bezwaarlijk te zijn want ik zoek geen relatie, maar dan moet manlief wel relaxt er in staan en geen enkel probleem hebben met de vriendschap met benefits en dat er ook seksualiteit en intimiteit gedeeld wordt. Als de relatie van de echtelieden goed zit hoeft dat ook niet tot onzekerheden te leiden, maar in aardig wat gevallen schuilt daar toch het addertje onder het gras. De ongecompliceerdheid van een vrij samenzijn wordt daarmee toch helaas bemoeilijkt. En het is mijn ervaring dat indien iets moeilijk of problematisch begint, het zelden tot iets verrijkends leidt op langere termijn. Dus daar niet aan beginnen scheelt een hoop gedoe.

De muze is in de geschiedenis van kunstenaars de inspiratie geweest voor prachtige boeken, waanzinnige schilderijen, magistrale muziekwerken en meeslepende films. Het verlangen dat niet meteen bevredigd kan worden, door afstand, door onmogelijkheid, door tijd, laat gemis groeien, laat hartstocht oplaaien, en brengt de creativiteit van de kunstenaar tot een ultieme climax. De muze vormt het moment van bezinning, van aanraking, van introspectie, van verbeelding inzetten. Het is mooi om de verbeelding te laten groeien, om onbereikbaarheid als katalysator te gebruiken voor de creativiteit, om niets te bezitten van de ander en niemands bezit te zijn. Want wat er tussen twee mensen gebeurt en wat hen telkens weer samenbrengt heeft niets te  maken met overeenkomsten en afspraken, noch met zekerheden die geen zekerheden blijken te zijn na verloop van tijd. Wat mensen naar elkaar toetrekt is een afwezige mogelijkheid in het eigen leven dat de ander wel heeft. We bewonderen mensen die leven zoals wij eigenlijk willen leven of eigenschappen hebben die wij ook nog (verder) willen ontwikkelen. De muze kan door haar aanwezigheid een stimulans zijn voor de kunstenaar. Door de vragen die ze stelt of de opmerkingen die ze plaatst, of door de ervaringen en verhalen die ze deelt met de kunstenaar, door haar aanraking en oogopslag.

De kunstenaar bejubelt de muze, vind haar mooi en aantrekkelijk, vind haar interessant en mystiek, waardoor de kunstenaar tot nieuwe kunst geïnspireerd wordt, tot het ontdekken van nieuwe werelden in haar en zichzelf. Zo zie ik de muze ook als symbool in mijn leven. In welke gedaante en vorm ze tot mij komt weet ik niet. Maar als ze net zo vrij is als ik, dan zullen we elkaar tegenkomen en iets moois in elkaar teweegbrengen!

De systemen waar wij in leven

DE SYSTEMEN WAAR WE IN LEVEN

Naarmate ik ouder word, heb ik steeds minder behoefte aan veel woorden, veel geluid en veel mensen om mij heen. Toen de pandemie uitbrak en we allemaal thuis moesten blijven vond ik dat eerlijk gezegd een verademing. Al die ruimte op straat, de stilte in de natuur, geen herrie meer van onnoemelijk veel auto’s op de weg en overvliegende vliegtuigen, geen schreeuwende dronken mensen meer over straat, geen krijsende kinderen in de speeltuin. De filmpjes van lege straten, de natuur die op adem kwam, de schone luchten en schone wateren, de YouTube filmpjes van uitgestorven steden zoals Londen, Parijs en Rome, ik vond het absolute schoonheid uitstralen. Hoewel de mens door evolutie een sociaal wezen is, sluit ik niet mijn ogen voor de schade en ellende die de mens kan veroorzaken en ook veroorzaakt. Zeker als ik kijk naar de schade aan milieu, de impact op de natuur maar ook de ellende die de mens de medemens soms aandoet, ook al is dat soms door beschadiging of ziekte, ik krijg er soms tranen van in mijn ogen. Het is niet allemaal fraai wat die mens anderen aandoet, of de natuur en dieren. Hoe dan ook, zonder in ontwijking of naïviteit te vervallen, geef ik er de voorkeur aan om mij te richten op het goede, op het mooie en op transformatie van de wereld en de mens. En die begint bij mijzelf.

Toen ik veertien jaar in de natuur woonde in een grote antikraak boerderij, kon ik ook zo genieten van de stilte. Het ruisen van de wind door die grote populieren tegenover de voordeur, de dieren die in het watertje rondom voorbij zwommen. De volgende buur woonde op 100 meter afstand. De paars rode luchten waren adembenemend. Op afspraak ontving ik soms bezoek en daar koos in dan bewust voor en gaf dan mijn onverdeelde aandacht graag aan mijn bezoek. Ik heb menig feestje en initiatief in en rond die boerderij georganiseerd en daar genoot ik van. Bedenken en organiseren zit in mijn DNA.

Tegenwoordig beweeg ik veel minder. Ik voel er minder behoefte aan. Kwaliteit van contact is nog belangrijker voor mij geworden en vandaar dat de privécontactmomenten met anderen nog bewuster en selectiever plaatsvinden. Hoewel als ik naar buiten treed ik als extravert wordt ervaren, heb ik zeker ook een introverte kant die meer ontwikkeld is sinds de pandemie. En dat vind ik erg prettig. Nu ik in een moderne boomhut woon, op de eerste verdieping, met een eigen trap omhoog en twee knusse balkons, is er geen afstand meer van 100 meter naar de eerste buur. In het najaar en de wintertijd is het muisstil en is er veel privacy, maar in het voorjaar en de zomer gaan alle deuren en ramen natuurlijk open en wordt mijn woonkamer vergroot door het voor- en achterbalkon dat heerlijk erbij getrokken wordt, en dan hoor ik af en toe kinderen huilen, gesprekken uit tuinen komen en vaak hoef ik dat echt niet te horen, liever niet zelfs. Ik koos bewust voor een vrij leven met weinig verplichtingen en geen kinderen willen maakte daar onderdeel van uit. Als ik dan soms met het gedrag of geluid van de kinderen in de buurt wordt geconfronteerd, dan weet ik weer precies waarom ik die keuze maakte. Ik ben meer een solomens dan een groepsmens. De enige roedel waar ik bij hoor is die ik vorm met mijn twee poezenmeiden. Het vrije en ongedwongene, de zelfstandigheid van poezen vind ik prachtig. Het past zo goed bij me, ik vind de levenslust die ze laten zien zo ongelooflijk prachtig, het ronddartelen buiten en de omhoog staande staart, het spinnen van blijheid.

Door mijn loopbaan en opleidingen ben ik uiteraard ook bezig geweest met familiesystemen en hoe die een sterke invloed hebben hoe mensen zich psychologisch ontwikkelen. Persoonlijk begrijp ik de herkomst van het solistische dat ik al vroeg ontwikkelde. Hoewel ik nog vrij lang bezig was om een groep om mij heen te verzamelen die als familie kon voelen, weet ik nu dat echte familiebanden natuurlijk niet te vervangen zijn. Wel is het fijn om een eigen sociale cirkel te bouwen, waar je mee kunt delen van tijd tot tijd. Het alleen zijn associeerde ik als kind met eindelijk rust hebben en mijn eigen ding kunnen doen en dat is nog steeds zo en zelfs nog sterker geworden nu ik volwassen ben. Ik heb geen behoefte om elke dag iemand om mij heen te hebben. Ik heb meestal genoeg aan mijzelf. Niet omdat er vanalles verwerkt of geleerd moet worden, maar ik geniet dan van de stilte. Geen gesprekken hoeven voeren als ik daar geen behoefte aan heb. In mijn werk voer ik voldoende diepgaande gesprekken met cliënten en als ik met oprechte aandacht met vrienden of lieve mensen samen ben. Waar ik vroeger nog sterk bewoog om feestjes en samenzijn in groepen te organiseren, zo is dat geleidelijk vervangen door meer tijd met mijzelf. De kunst van het nietsdoen vind ik zalig. Met meerdere passies zoals schrijven, muziek maken, websites maken en beheren, de natuur in gaan, mijn maatschappelijke initiatieven bedenken en organiseren, dat vult mijn hart aanzienlijk. Nieuwe plannetjes maken waar ik plezier aan beleef ook, zoals het recente plan om bij pensioen een camper te kopen en weekends weg te gaan, en mooie rondtrektochten door Europa te maken. De week is voldoende gevuld en de ruimte en tijd waarin er niets hoeft en moet is groter geworden doordat ik ervoor heb gekozen om weinig uren te werken. Geen files, drukte en deadlines meer. Geen vroege wekker om er uit te moeten. Een soort prepensioen gevoel dat nog een jaar of tien duurt en mij erg goed bevalt en dan natuurlijk overvloeit in totale vrijheid elke dag als ik echt met pensioen ga. De beleving van geluk is aan een innerlijke houding en innerlijke beleving onderhevig. En goede keuzes maken. Ik ben er steeds beter in geworden.

Ik had als kind al een hekel aan rigide systemen: op de muziekschool moesten we allemaal hetzelfde riedeltje leren, er was zo weinig ruimte voor de eigen creativiteit, voor de eigen inbreng. Ook het adoptiesysteem waar ik in terecht kwam, was een erg rigide systeem, waar geen ruimte was voor eigen inbreng, of anders mogen denken. Op scholen was er ook een rigide systeem waar ik in moest meelopen. Je begrijpt dat rigide hier het sleutelwoord is. Ik zat in systemen waar ik niet in opbloeide. Ook relationeel bloeide ik niet op in relaties die vastomlijnd en dodelijk saai werden.

Creativiteit en vrijheid zijn waarden geworden die ik met ziel en zaligheid omarm. Daar bloei ik namelijk wel door op. Ik loop niet meer mee in de ratrace en leef niet om te werken of om een moderne loonslaaf te worden. Meedoen aan “de norm” door te trouwen en kinderen te krijgen al helemaal niet. Ik moet er niet aan denken. De oeverloze herhaling van voorspelbare handelingen, dag in, dag uit. Niet voor mij bestemd. Happy single bestaat echt.

Creativiteit en vrijheid daarentegen, daar bloei ik van op. Dat is niet onderhevig aan een systeem. Dat ontstaat vaak buiten een systeem. Geen vaste kaders, regels en beperkingen. Dat heeft een innerlijke oorsprong. Zodra ik mij begeef in het domein van de creativiteit, het onbekende, het nieuwe, dan krijg ik energie, dan gaan mijn ogen glanzen. Mijn ideëenbron is onuitputtelijk, maar ook daarin kies ik voor wat moeiteloos ontstaat. Niet te verwarren met de toewijding en inspanning die nodig is om iets te laten slagen. Zeker in het bedenken en opzetten van maatschappelijke initiatieven als ik iets maak om mensen te verbinden of versterken, is die slagingskans onderhevig aan menselijk gedrag en dat is niet altijd voorspelbaar. Diverse wetenschappers en filosofen zijn het er over eens dat een passie vinden die in de totstandkoming niet afhankelijk is van mensen, de meeste kans bied op innerlijke vervulling. Vaak gaat het inderdaad mis bij mensen indien ze die vervulling laten afhangen van de waardering en goedkeuring van anderen. Het creatieproces is uiteindelijk wat vervulling moet brengen. Of dat nou 10, 100 of 1000 mensen bereikt, is dan niet het hoogste doel, maar de creatie van iets nieuws, iets dat echt vanuit jouw innerlijk ontstaat, daar gaat het om. Iets van jezelf geven en laten zien is vervullend.

Buiten een systeem willen leven, betekent vaak ook onbegrip en uitsluiting door mensen. Dat houdt in dat je een grote dosis zelfspot en eigenwaarde moet ontwikkelen om die reacties van je af te laten glijden, maar die vaardigheid is zeker te ontwikkelen. Ik hou van het vrije leven dat ik heb gecreerd. Het ontstond niet zomaar en had veel ervaringen nodig om tot goede keuzes te komen, die afgestemd zijn op mijn persoonlijke waarden en mijn innerlijke natuur. Ook al had dit een half leven nodig, ik ben elke dag dankbaar dat dit leven helemaal van mij is. Precies zoals ik het wil. Geen systeem waar ik mij in hoef aan te passen. Geen systeem dat bepaalt wat ik moet doen. Elke stap is een vrije. Elke keuze ook. Nergens spijt van hebben. Volledig verantwoordelijk zijn voor alles wat je doet of laat. Die rijkdom kun je zelf creëren. Het vraagt slechts moed.

Moderne Hippie

“Je lijkt wel een moderne hippie,” zei de man gekscherend tegen me. Ik fronste mijn wenkbrauwen en vroeg mij even af of het een compliment was of een hint met betrekking tot zijn beeld over mij. Alles is immers gerelateerd aan hoe we onszelf ervaren als we een ander beoordelen. Ik vond het geinig dat hij mij die titel toedichtte. Misschien was ik er zelfs trots op.

Het is waar dat ik er tegenwoordig vrij kleurrijk bijloop, vaak in rode en paarse tinten, mijn hoedencollectie is inmiddels gegroeid naar vijftien exemplaren en vrijheid lonkt nog sterker dan voorheen. Ik heb mijn uren werk verminderd zodat ik nog meer vrije tijd heb. Financieel komt er minder binnen maar ik heb een nieuwe sport ontdekt en dat is met weinig geld heel inventief worden in wat ik wil doen en dat begint met mobiliteit. In het najaar koop ik mijn 2e hands cabrio en start ik met gratis huizenruil via een leuke exchange site die ik recent ontdekte. Dan kan ik zomaar vier keer per jaar lekker er op uit in een nieuwe omgeving. Verre en dure vakanties zitten er niet meer in, maar dat is ook slechts het perspectief veranderen over wat interessant en mooi is. En Nederland is erg mooi en ook natuur- en waterrijk. Dat hoeft geen exorbitant bedrag te kosten. Integendeel zelfs.

Als moderne hippie, want ik vind het wel iets hebben om die titel te krijgen, verbrand ik geen beha’s, heb ik geen hekel aan mannen, vind ik het natuurlijk om ook mensen bij tijd en wijle nodig te hebben, heb ik geen vrije sex met wie het maar wil, maar vind ik als lesbische vrouw het zeker cool om niet vast te zitten aan rolpatronen, omdat die er vaak niet zijn tussen twee vrouwen. Wij pakken alles zelf aan en zijn het toonbeeld van handige doe-het-zelvers en dragen onze ziel onafhankelijk met ons mee en zeker niet onder onze arm. Als je tot een minderheidsgroep behoort wordt je al vroeg uitgedaagd om je vrouwtje te staan. Het bevordert de draagkracht en veerkracht zonder twijfel.

Als ik mijzelf vergelijk met de gemiddelde Nederlander, en dat vergelijken doe ik het liefst helemaal niet, dan wijk ik inderdaad wel af van wat de meeste mensen nastreven. Of dat mij hippiewaardig maakt weet ik niet, maar het is wel een feit dat ik geen kinderen wilde, dat wist ik al toen ik elf jaar was, en ook nooit wilde trouwen, de oorsprong van die overtuiging is mij uiteraard erg duidelijk, het voorbeeld dat ik zag was een sterke reden om dat niet te willen, maar mijn visie op volwassen leeftijd vormde zich vanzelf over een overeenkomst voor 60 jaar zonder dat je daar op terug kunt komen, ietwat surrealistisch voor mij, en het blijkt ook in veel gevallen niet haalbaar, mensen veranderen nou eenmaal gedurende hun leven. En wie denkt iemand te kennen binnen een paar maanden of een paar jaar, die kan best bedrogen uitkomen, dan moet je ook een andere afslag kunnen nemen als het niet meer werkt. In de herhaling van het dagelijkse ontpopt zich het ware gezicht. Samenwonen heb ik slechts twee keer uitgeprobeerd en was niet voor herhaling vatbaar, en tja dat ik graag alles op mijn eigen manier doe, en een lichte allergie heb voor slachtoffergedrag of codepente mensen in mijn privéleven, zal ook niet meewerken om mij te conformeren aan de gangbare norm. Die is namelijk niet voor mij bedacht maar volgens mij wel voor voldoende andere mensen.

De een noemt dat misschien feministisch, de ander wellicht baldadig, een derde rebels, de vierde misschien onaangepast, enzovoorts, enzovoorts. Zoveel mensen, zoveel meningen. Tegenwoordig kun je er 18 miljoen lezen via sociale media. Om gek van te worden als je dat doet. Ik raad het af. Die lavastroom laat ik graag aan mijn brein voorbijgaan. De mening van een ander gaat mij namelijk helemaal niets aan. Die mening behoort haar of hem exclusief toe. Indien ik behoefte aan advies heb, dan vraag ik er zeker naar. Ik beperk mij echter tot intimi en dierbaren, die mijn wandelgang des levens al veel jaren van dichtbij meemaken.

Maar nu even terug naar mijn nieuwe titel: Moderne hippie. Dat vrijheid het toverwoord is voor een moderne hippie mag duidelijk zijn. Ik watertand als ik al die kleurige campers zie, de fietsen achterop, of de cabrio’s met een sliert klassieke muziek of dampende pop uit de speakers in het dashboard. Dat ademt voor mij toch ultieme vrijheid uit. Ik bewonder mensen die hun huis verkopen en samen in het buitenland een nieuw avontuur aangaan. Niet dat dit altijd goed afloopt, maar de moed die eruit spreekt is bewonderenswaardig. Je moet vooral geen kansen laten liggen als ze binnen handbereik komen. En soms is het ook gewoon een nieuwe keuze durven maken. Dat is voor sommige mensen een droom die in mist blijft hangen en naarmate de leeftijd vordert komt er een moment dat het qua gezondheid en fitheid niet meer kan.

Ik verwacht niet nog een buitenlands avontuur aan te gaan, hoewel dat voor een moderne hippie toch goed zou uitkomen. Ik heb veel van de wereld gezien en ik geloof dat door nieuwe ogen te krijgen, het uitzicht elke dag verrassend kan zijn, ook als dat in eigen land is. De pandemie maant ons om in ons eigen kikkerlandje vertier te zoeken. De tuincentra, doe het zelf bedrijven en postorderbedrijven floreren in omzet en de parken met huisjes zijn volgeboekt. Ook ik heb elke ruimte in mijn nog vrij nieuwe huisje aangepakt: schilderklussen, nieuwe ideeën om de hippie-hut nog knusser te maken. Ik vind het heerlijk om te schilderen in huis, muziekje aan en ik zie het zienderogen nog fraaier worden. Ik werk met uitgesproken tinten en mijn plafond in de slaapkamer heb ik in zacht violet geschilderd waardoor de ruimte nog intiemer wordt. En daar hou ik van: intiem en knus. Of ik dat intieme nog zal delen in de jaren die ik als moderne hippie nog heb te gaan, en ik hoop minstens 84 te worden, blijft een mysterie. Ik heb mijzelf voorgenomen om tot mijn 60e nog mijn hartdeur en voordeur ruim open te houden voor een andere vrouwelijke hippie die zich kan vinden in mijn levenshouding, ik tel hardop: nog vier jaar te gaan. Het zal niet meevallen want er kwam de afgelopen 23 jaar het nodige langs wat leerzaam was, maar in spirituele termen is het niet meer ‘nodig’ om een relatie te hebben, de zelfliefde is gevonden, de vrijheid van mijn leven is mij zeer dierbaar. Maar ik kan mij niet voorstellen dat ik de enige ben die dat zo voelt en gelooft dat liefde vooral vrijheid is. Toch?

Met blije Hippie-Groet, Miranda

Noden kunnen Deugden worden

Een interessant leven. Zo zou ik dat zeker willen noemen, als ik kijk naar alles wat ik tot nu heb ervaren, beleefd en meegemaakt. Van een koude start in het leven naar een disfunctioneel adoptiesysteem en toen naar de ontspannen voorspelbare geborgenheid en van daaruit naar een avontuurlijk bestaan met groei en vrijheid. Ik had niet kunnen bedenken dat mijn oerverlangen naar groei & ontwikkeling mij desgewenst de nodige ingrijpende uitdagingen zou brengen, waardoor ik genoodzaakt werd om diep in mijzelf te kijken, mijn trauma’s en demonen te overstijgen en uiteindelijk de onverwachte beloning te mogen ontvangen, na mijn noeste innerlijke arbeid.

Het was mij als kind met een cholerish temperament al snel duidelijk dat ik niet van de geijkte paden en een conventioneel leven was. Ook al ben ik als kind en puber wel in een rigide gespannen burgerlijke omgeving opgegroeid. En later tijdens mijn eerste langdurige samenwoonrelatie met een zachte man was er structuur en geborgenheid. Maar het was niet van mij en zeker niet iets voor mij. Ik wilde groeien en de wereld ontdekken. Maar voordat het zover was moest ik mijzelf eerst ten diepste leren kennen.

De trauma’s die ik als afgestaan kindje van een verkrachtte moeder had opgelopen, moest ik verwerken. Veiligheid, liefde, hechten en verbinden waren niet vanzelfsprekend voor mij door die koude start. Ook in het disfunctionele pleeg- en adoptiegezin kon ik dat niet leren en vinden. Je begrijpt dat er lang een gat in mijn hart zat. Maar ik heb onwrikbaar geweigerd slachtoffer te zijn of mij als zodanig te gedragen.

Ik heb altijd de behoefte gehad om dieper te graven, intens te leven, vragen te stellen en op zoek te gaan naar de zin en diepere betekenis van het leven. Maar vooral de betekenis die ik over mijzelf moest vinden was prangend. Deze werd sterk belemmerd door de gevolgen van de verstoorde emotionele ontwikkeling in mijn kindertijd. Hoewel ik als kind en puber veel concessies deed, om de illusionaire vrede te bewaren in een gespannen omgeving en gevreesde verlating te vermijden, heb ik die houding afgeleerd naarmate ik ouder werd. Dat was een belangrijke keuze. Ik verloochende mijzelf niet langer. En mijn geinternaliseerde levenshouding door het disfunctionele gezinssysteem: ‘mijn behoeften doen er niet toe en ik moet het alleen doen’, was lang nog een uitdaging die ik via lichaamsgerichte psychotherapie trajecten achter mij leerde laten.

Door de opgelopen tekorten was mijn zelfredzaamheid en autonomie natuurlijk bovenmatig ontwikkeld. Maar kwetsbaarheid tonen en hulp vragen waren ondergesneeuwd. Omdat ik al vroeg geconfronteerd werd met ingrijpende verlieservaringen, mijn biomoeder werd verkracht, haar stress-respons kon ik in de baarmoeder al waarnemen. Tevens verliet ze mij na mijn geboorte, en daarnaast werden mijn emotionele behoeften en wensen niet sensitief aangevoeld en vervuld, door opvoeders die met zichzelf en hun huwelijk worstelden. Dus dan leer je al vroeg om te stoppen met vragen om wat je nodig hebt, omdat je ziet dat het er niet in zit. Ook dat was een verlies.

Een mens kan niet gelukkig en vrij worden door naar de verwachtingen van anderen te leven. Niet dat ik rebels was, maar ik onttrok mij ter bescherming aan deze mensen die veel drama brachten. Muziek schrijven en componeren werd de hulpbron die mij enigszins troostte en voedde in een omgeving waar een koude oorlog heerste en liefde niet zichtbaar of voelbaar was. Ik werd al vroeg genoodzaakt om alles uit mijzelf te moeten halen en het alleen staan en isolement leerde ik daardoor al vroeg in mijn leven te verdragen, hoewel ik nog lang zocht naar een groep waar ik wel bij hoorde want ik voelde mij een buitenstaander.

Ik was op zoek naar ervaringen die mij op een positieve wijze konden raken, waardoor ze mij zouden bijblijven. En geraakt willen worden, wilde ik zeker. Voelen en intens ervaren. Daarin schoot ik in aanvang nogal door. Maar ik leerde veel van dat doorschieten. Ik hunkerde enorm naar die onvoorwaardelijke liefde. Dus ik overlaadde mensen die mij aandacht gaven, in de hoop dat ik dan ook wat liefde terug zou krijgen. Die hunkering leverde mij pijn en teleurstelling op omdat ik mij vergiste in waar ik het dacht te moeten vinden: in de buitenwereld. Maar ik had overal gezocht en gekeken maar was vergeten op een plek te kijken waar de bron van die liefde te vinden was: in mijn eigen binnenwereld. Het voelde als een immense openbaring toen ik dat ontdekte. De mist trok op en de sluier van illusie die ik nog zo lang met mij meedroeg vervloog in de frisse wind, die emotionele volwassenheid heette. Ik werd de warme volwassene die mijn kleine meisje van binnen ging koesteren en ik zorgde ervoor dat ze gehoord en gezien werd, als ze dat nodig had. De focus veranderde van naar buiten gericht, nu naar binnen gericht, volledige introspectie.

Juist door het paradoxaal gegeven van een disfunctioneel gezinssysteem, creërde ik al vroeg in mijn leven mijn eigen systeem waarin ik integer wilde leven en trouw aan mijzelf wilde zijn. Ik had de gevolgen van dichtbij meegemaakt als mensen dat niet doen. Door het gebrek aan een band in het gezin van herkomst, verlegde ik mijn behoefte aan hechting en verbinding naar vriendschappen. Het waren de allereerste intieme relaties in mijn leven. Vandaar dat ik ze altijd zeer waardevol heb gevonden tot de dag van vandaag. Met mijzelf en in de liefde worstelde ik nog heel lang door. Want het patroon van behoeftigheid en het hunkeren naar liefde van iemand anders, was nog niet tot mij doorgedrongen, dus de les was nog niet geleerd. Het lijden zat nog diep in mijn systeem omdat ik het verdriet en verlies uit mijn kindertijd nog niet had verwerkt. Toen ik dat uiteindelijk wel deed en ik alles tot op de bodem doorvoelde aan pijn en verdriet, brak de hemel open en kwam er innerlijke rust en groot gevoel van bevrijding in mij. Dat moment staat in mijn ziel gegrift. En het grootste geschenk dat ik voelde was onvoorwaardelijke liefde in en voor mijzelf. Ik zou mijzelf nooit meer in de steek laten en ik zou nooit alleen zijn en altijd die innerlijke bron bij mij hebben.

Ik geloof dat noden deugden kunnen worden, mits bewustwording er is. Juist de grootste levenslessen en heftigste pijnervaringen kunnen je uitdiepen en brengen bij je diepste essentie en je krachtbron. Doordat ik zo vroeg werd geconfronteerd met alleenstaan, leerde ik dat ik dat goed kon en bovendien leerde ik dat ik het erg fijn vind om alleen te zijn. Dat heeft als mooi bijeffect dat ik morele kwaliteit in contact nastreef en niet mensen opzoek als achtergrondbehang of omdat ik niet alleen kan zijn. Dus echt contact en wezenlijke verbinding zijn prioriteit in het contact met anderen. Als dit er niet kan zijn, ben ik graag alleen. Dus kwaliteit en oprechte aandacht staan voorop.

Doordat er geen herkenbare spiegel was in aard, houding en visie, en er geen enkele herkenning was, werd ik gedwongen om antwoorden te zoeken in mijzelf, wie ik in essentie was. Die introspectie en zelfreflectie werd al vroeg een natuurlijk onderdeel van mijn levenshouding. Naast dat het mij grote zelfkennis bracht, kon ik daardoor ook de ander en de wereld om mij heen scherp en helder waarnemen. In mijn werk werd dat ook een groot voordeel. Bovendien begon ik mijn psychologiestudie al op mijn veertiende en vind ik het nog steeds fascinerend om er mee bezig te zijn. De menselijke geest en natuur is boeiend. Omdat emotionele voeding ontbrak ging ik op zoek naar hulpbronnen die mij dat wel konden geven. Dus ik sprak het gezonde deel in mij aan. Creativiteit, muziek en schrijven, iets uit niets creëren, werd vroeg ontwikkeld en dat steunde en troostte mij. Het is voor mij een blijvende inspiratiebron die nooit opdroogt en waardoor ik mensen ontmoet en samenbreng maar ook is het een warme levensgezel die altijd bij mij is.

Als je buitenstaander bent als kind, dan heeft dat vaak invloed op hoe we ons daarna in de volwassen wereld bewegen. Ik maak statistisch deel uit van minderheidsgroepen binnen de samenleving: pleegkind, geadopteerde, lesbisch, familieloos, bohemian. Welke betekenis je daaraan geeft bepaalt of je er verrijking of verdriet mee creëert en door ervaart. Als je er naar kijkt met ogen die het als tekort ervaren, dan zul je nog steeds die buitenstaander zijn. Indien het je lukt om er op een open manier naar te kijken, dan kan het een geschenk zijn dat je tot grote bewustwording heeft gebracht en innerlijke rijkdom. Bovendien heeft het mijn zelfredzaamheid en autonomie sterk ontwikkeld en het besef dat ik het altijd red, omdat mijn levensloop mij die opleiding gaf. Dat laat tegenwoordig veel ruimte om vanuit verrijking en vrijheid keuzes te maken en niet vanuit machteloosheid of behoeftigheid. Bovendien leerde ik mijn kwetsbaarheid tonen en behoefte aan steun te omarmen, juist omdat het niet aan bod kwam als kind. Een compleet en heel mens heeft allerlei delen in zichzelf, licht en donker, die allemaal bestaansrecht hebben. Kwetsbaarheid is kracht. Kracht is bewustwording.

Als we in de kindertijd te weinig (of te veel verstikkende) liefde, aandacht en veiligheid hebben ontvangen, dan gaan we dat compenseren als volwassene. Dat doen we vaak in onze intiemere relaties, omdat die ons het diepst kunnen raken. We richten ons leven zo in dat we onze (weggestopte) angsten en onzekerheden kunnen vermijden. En we besteden dat weggestopte vaak uit aan de ander, die het hopelijk goed kan maken, voor wat we als kind moesten missen. Helaas is dat niet meer in te halen en is het een verwachting die onmogelijk is en ook een zware belasting is voor die ander. Vaak blijven we steken qua emotionele ontwikkeling op het punt dat we gewond zijn geraakt als kind. En al onze inspanningen zijn er op gericht om toch nog te krijgen wat we als kind moesten ontberen. Of we herhalen de patronen die we zo goed kennen van de relatie met onze ouders/opvoeders. Dat patroon wordt herhaald en we schieten in onze kindmodus bij triggers in de relatie. We doen alle dingen die eigenlijk niets met ons volwassen leven te maken hebben of met een volwassen emotionaliteit. Want we ervaren en handelen nog steeds als het gewonde kind.

Het goede nieuws is dat we dat kunnen doorbreken. Allereerst door je bewust te worden van je nog aanwezige wond(en) en er daadwerkelijk mee aan de slag te gaan. Als we onze patronen ontdekken en onderzoeken, en de emoties en gevoelens die ermee gepaard gaan, lijfelijk doorvoelen en verwerken, dan kunnen we ze transformeren in innerlijke rijkdom. De plaats die we innamen in het systeem dat onze wond aanbracht, kunnen we ook helder krijgen. En we kunnen die plaats teruggeven aan degene die hem in had moeten nemen. Soms gaan we boven of onder de plek staan die we in het systeem hadden moeten innemen omdat de ouder/opvoeder die plek niet innam (onvermogen/ziekte/disfunctioneren/afwezigheidfysiekofemotioneel) en wij het overnamen omdat dit ons overlevingsinstinct was. We werden de redder, opvoeder, ouder (boven de plek gaan staan) of we werden het slachtoffer, de misbruikte, de verwaarloosde (onder de plek gaan staan die je had moeten innemen).

Het is een ingrijpend proces, om te rouwen om het verlies en verdriet. Het verlies van de droom die je als kind had over liefde en ouders. Maar het is de enige weg om je ervan te bevrijden en ruimte te maken voor emotionele volwassenheid.

Die volwassene die je vandaag bent. Die waardevol is. De mens die mooi is met de lichte en donkere delen in zichzelf. De onverwoestbaarheid van onze innerlijke krachtbron wordt voelbaar als we soms tot het uiterste worden uitgedaagd. Mensen zijn de grootste uitdaging voor velen. In de relatie met anderen komen wij onszelf vooral tegen. Als wij de inzichten die daaruit voortkomen benutten en met nieuwsgierigheid bekijken, om te willen leren over onszelf, dan zijn wij op weg naar meer zelfliefde, eigenwaarde en heling. Niemand kan je waarde verminderen, als je eigenwaarde stevig is. Niemand kan je zelfliefde vernietigen als hij geworteld is in jouw eigen pure kern. Niemand of niets kan je breken als je meebuigt met de wind van het leven, want als je wortels diep genoeg in de aarde staan, kan geen tegenwind ze verwijderen en tegenwind gaat altijd weer liggen.

Noden kunnen deugden worden. Ze kunnen je talenten zichtbaar maken en het geschenk van het leven bij je brengen. Als je bereid bent om diep te gaan om je wonden te helen, dan zal de diepte van de innerlijke bevrijding die je kunt vinden, even groot zijn. Elk mens die je op je levenspad tegenkomt en je uitdaagt, is een handreiking om dichter bij jezelf en jouw persoonlijke waarheid uit te komen. Daar vind je ook jouw zingeving en de betekenis die jij kunt vinden voor jezelf en wat je eventuele levenstaak is. De onvoorwaardelijke liefde zit in jou. Kijk maar naar binnen en ga maar naar binnen. Alles wat je dacht dat niet voor jou bestemd was, lag geduldig te wachten tot je het bevrijdde!

Een model voor harmonie: desidentificatie met vorm

Op 55 jarige leeftijd kan er nog steeds een kantelpunt plaatsvinden in behoeften, merk ik. 22 jaar geleden was ik gedreven in de weer om de wereld te verbeteren en grote groepen mensen met elkaar te verbinden. Toen vond ik dat geweldig en beleefde ik daar veel plezier aan. Ik begon toen een nieuw leven. De avonturen en veelvuldige encounters in een wereld die ik nog niet kende, hoorden ook bij die tijd. Ik bewoog onaflatend op allerlei plekken in Nederland. Eerlijk gezegd zou ik daar nu niet meer aan moeten denken. De ervaringen en opgedane (zelf)kennis hebben mij uiteindelijk de ogen geopend voor wat werkelijk belangrijk en wezenlijk is. En dat blijkt in die 22 jaar significant veranderd te zijn. Ook bemoedigend want anders was er geen innerlijke groei geweest.

Dat is het mooie van ouder en wijzer worden. Er ontstaat een filter en trechter voor wat je wel of niet toelaat en wat en wie je je tijd en energie wilt geven. Want immers wordt die resterende tijd korter en dan is het zaak om er aandachtig en zorgvuldig mee om te gaan.  De prestatiedrang is verdwenen, evenals sterke ambities. Het hoeft niet meer groots of meeslepend. Ook het bewegen is veel minder geworden. Waar het vroeger nog gericht was op ergens bij willen horen, zo is dat nu niet meer nodig. Ik hoor bij mijzelf en bij alles wat resoneert en mij laat groeien en bloeien. Dat moest ik heel lang geleden nog ontdekken. En dat ontdekken heb ik grondig gedaan. Wat ik nu ontdek is dat alles wat belangrijk is zich vanzelf ontvouwt en moeiteloos gaat. Het gras groeit niet harder als je eraan trekt. Zo is dat ook met alles wat voor je bestemd is. En alles wat echt nodig is, is binnenin te vinden. De mens wil delen en hechten, dat is onze natuur. Dat ervaar ik ook. Maar om dat goed en gezond te kunnen, moeten we eerst onze eigen natuur ontdekken. Dan wordt dat delen puur en vrij.

Tegenwoordig geen grote groepen meer voor mij. Of de drukte en herrie van mensenmassa’s. Juist in de stilte, een weidse horizon en vergezichten en prachtige wolkenluchten en water dat zacht kabbelt of bruist, vind ik vervulling en energie. Na veertien jaar in de natuur gewoond te hebben in een boerderij, ben ik enorm gesteld geraakt op ruimte en stilte. Dat geeft je ook de kans om kennis te maken met je pure kern. Het is voor sommige mensen benauwend om alleen te zijn omdat ze dan soms ontdekken dat ze hun eigen gezelschap niet fijn vinden of kunnen verdragen. Dat hun leegte hen dan overvalt. Die leegte heb ik altijd als ruimte ervaren en door die ruimte ontstond er creativiteit en volheid. Gelukkig woon ik nu ook in een prachtige natuurrijke omgeving en een pittoresk rustig dorpje. Er is veel schoonheid te zien in de natuur en daar ben ik ook vaak te vinden.  De rust die daar heerst resoneert met mijn innerlijke rust. Af en toe ben ik in de stad voor culturele uitstapjes, maar daarna ben ik ook weer blij om naar huis te gaan, waar sereniteit te vinden is. Zelfs sociale media, die ik lang actief gebruikte voor mijn initiatieven, bouw ik af omdat het die innerlijke rust verstoort. Teveel prikkels, impulsen en afleiding is niet goed voor het brein. Het beïnvloedt de afname van creativiteit en geluksgevoel.  

Vandaag wil ik schrijven over de desidentificatie met vorm. Wat ik daarmee bedoel is dat wij mensen, en daar heb ik mij in het verleden ook schuldig aan gemaakt, onze identiteit bouwen met prestaties, met bezittingen die ons succes moeten symboliseren, de hoeveelheid vrienden op sociale media, met uiterlijk dat afgestemd moet zijn op het schoonheidsideaal dat ons wordt voorgeschoteld via de media, op de status die wij bereiken. Allemaal manifestaties die er op gericht zijn om ons waardevol en gezien te voelen. Maar juist de moeite die wij doen om dat te bereiken, holt ons vaak uit en put ons uit. Want die gecreëerde identiteit bestaat niet. Het IK is een grap. Een bedachte vorm om ons naar buiten toe te manifesteren. Terwijl onze innerlijke kern, onze energie, vormloos is en natuurlijk bestaat. Vaak moeten we genadeloos vastlopen, uitgeput raken, enorm teleurgesteld worden door mensen, voordat we gaan stilstaan bij waar wij eigenlijk mee bezig zijn. Een vogel vraagt zich niet af waarom hij zingt. Hij zingt omdat het zijn natuur is. Omdat dit zijn bedoeling is voor dit leven. Als kind worden wij al vroeg gevormd in het moeten voldoen aan de verwachtingen van onze ouders/opvoeders. De maatschappij in microvorm. Zoals ook zij gevormd werden door hun ouders. En dat wordt vaak van generatie op generatie doorgegeven. En soms is dat een collectieve last die door hele bevolkingsgroepen wordt overgedragen op de volgende generatie. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de slavernij en de overgedragen last van minderwaardigheid voor donkere mensen, de joden uitroeiing, de onderdrukking van de vrouw en haar minderwaardigheid ten opzichte van de man, homoseksuelen die lijden onder de last van anders zijn dan de heersende heteronorm en in meerdere landen als ziekte worden gezien. En door het aannemen van die identiteit, door ons te vereenzelven met die vastomlijnde identiteit en de verwachtingen die daaraan gekoppeld zijn, maken we het onszelf moeilijk en gaan wij lijden. Omdat we aan verwachtingen willen voldoen en bij een groep willen horen. Zoals we graag in ons gezin erbij wilden horen. En daar gaat het vaak mis omdat we concessies doen, ons niet uitspreken, ontrouw aan onszelf worden om maar niet afgewezen te worden of anders te zijn dan de groep. Veel hulpverleners hameren op de versterking van het IK, om weer lekker in je vel te zitten. Maar het is juist m.i. de kunst om afscheid te nemen van de gebouwde identiteit en geen behoefte te hebben om goedkeuring, erkenning en waardering buiten jezelf te zoeken. Zodra we daar ons best voor gaan doen, drijven we vaak af van wie we echt zijn, omdat we slechts met aanpassing bezig zijn. De mens die harmonie en innerlijke rust gevonden heeft is vaak niet met de respons van de buitenwereld bezig maar kijkt juist naar binnen en vind daar alles wat hij nodig heeft.

Misschien roept mijn visie nu weerstand of verbazing op, maar ons ego is zo gehecht aan onze gecreëerde identiteit omdat het de enige houvast lijkt te zijn voor de voeding die het ego nodig heeft. Het ego of IK overleeft niet, en wordt ook door het denken gefabriceerd, als het zich niet kan manifesteren met vorm, waar ik het eerder over had. Als we onze identiteit bouwen met ons uiterlijk dan is het een ramp als we ouder worden en ons uiterlijk aftakelt. Iets dat niet is tegen te houden want het lichaam verandert nou eenmaal door ouderdom. Als we onze identiteit bouwen door prestaties dan is het een ramp als we niet meer kunnen presteren en daardoor het gevoel krijgen geen waarde meer te hebben. Als we onze identiteit bouwen door de hoeveelheid contacten om ons heen of door een partner, dan is het een ramp als die contacten wegvallen of als we de partner verliezen. Iets dat regelmatig gebeurt, ook door ouderdom. Al deze voorbeelden laten zien dat we iets nodig hebben van buitenaf om ons waardevol te voelen. Misschien zeg je nu dat dit een menselijke behoefte is. Maar het lijden dat veroorzaakt wordt bij mensen is juist gerelateerd aan iets nodig hebben dat buiten jezelf ligt en ons daar zo sterk mee identificeren dat als het uiteindelijk wegvalt er niets van ons over blijft. Zodra we ons identificeren met uiterlijk, prestatie, status of bezittingen en daar onze identiteit mee bouwen komen we heel vaak in de problemen als dat verdwijnt of veranderd. En dat het leven veranderd staat vast. Juist de mens die rustig meebeweegt met verandering en zich niet vastklampt gedijt het best.

Want jouw waardevolle staat is al aanwezig als je geboren wordt. Juist in het ER ZIJN ligt onze waarde. De energie die we meedragen, die om ons heen is, heeft geen vorm. En toch kunnen wij die energie waarnemen als we gewoon stilzwijgend naast elkaar zitten. Je kunt iemands aanwezigheid waarnemen zonder dat er iets gezegd of gedaan wordt. En dat is wat ik noem iemands pure ZIJN. De maatschappij legt ons zoveel op wat we moeten, maar de vraag is of we daar in mee moeten gaan. Want juist de mensen die veel van zichzelf “moesten” en vastliepen in hun leven, hebben vaak afscheid genomen van dat alles en zijn uiteindelijk uitgekomen bij een eenvoudig en rustig bestaan met veel harmonie. Een bestaan dat vaak gekenmerkt wordt door geen stress, veel voldoening, contact met zichzelf en waardevolle anderen en het kunnen waarnemen van schoonheid en een beperkte hoeveelheid verplichtingen waardoor ze zich vrij voelen.

Wellicht vraag je je nu af wat er overblijft als je afscheid neemt van je ego en de vormen waarmee je je identiteit hebt gebouwd. Misschien is dit een interessantere vraag om aan je te stellen: waarom heb jij die identiteit nodig?

Wie je in je pure kern bent, vergelijk ik graag met de wind: die is voelbaar maar vormloos.

De desidentificatie met vorm leidt vaak tot harmonie en tot innerlijke vrijheid. Het betekent niet dat je niets meer kan doen of ondernemen. Maar jouw natuurlijke zijn creëert vaak vanzelf en vanuit creativiteit en flow wat bij je hoort. Niet om ermee een identiteit te bouwen en aanzien, maar om je natuurlijke diepste expressie te leven. Dat gaat vanzelf en zonder moeite en de bron daarvoor is in jou aanwezig en ligt nooit in de buitenwereld. Als je ervoor kiest om het te delen met anderen, dan is dat omdat je niet op zoek bent naar erkenning of goedkeuring, maar omdat je je diepste expressie wilt leven en deze graag deelt uit liefde voor de wereld om je heen. Liefde is ook vormloos maar sterk voelbaar en de pure komt vanuit geven en is niet gebaseerd op willen krijgen, vasthouden of bezitten.

We kunnen veel van de natuur leren. Die is namelijk precies zoals die bedoeld is. De natuur denkt niet. De natuur beweegt natuurlijk, zonder plan of berekening. Het water stroomt, de wind waait, de zon schijnt, de maan verhelderd, de vogels vliegen, de kikkers kwekken, de luchten kleuren. En dat gaat allemaal natuurlijk.

Hoe geweldig zou het zijn als de mens vanuit zijn pure natuur zou leven en Zijn. Niet op basis van een gefabriceerde identiteit of maatschappelijke verwachtingen maar vanuit z’n diepste natuurlijke roep van binnen. Ik weet zeker dat die mens harmonie vindt. Jezelf ten diepste leren kennen helpt je daarbij.

Dialoog met mijn vrijheid

Het is een chaotische tijd voor velen. Zeker voor hen die veel ‘hebben’ en dus van alles kunnen verliezen waar ze zich mee geïdentificeerd hebben. Bedrijven en mensen vallen om. Ook relaties komen onder druk te staan omdat er steeds minder uitwijkmogelijkheden zijn en verschillen en conflicten worden uitvergroot. Het licht en donker was nog nooit zo sterk voelbaar en zichtbaar in de wereld.

Misschien was de tijd er rijp voor. Want alles wat er gebeurt is door toedoen van menselijk gedrag, van verlangen naar meer en meer, van onnadenkend handelen, van een bewustzijn dat toe is aan groei. Op het scherpst van de snede kan ik enkel zuchten en naar achter gaan hangen in mijn stoel.

Waar zijn we in godsnaam allemaal mee bezig. Waarom moeten we zoveel van onszelf? Wat heeft het voor zin om vast te hangen in wat al lang voorbij is? Waarom maken we het onszelf zo mateloos moeilijk?

Ik ben de dialoog met mijn vrijheid al vroeg in mijn leven aangegaan. Ook al ben ik ook besmet geweest met het vergelijkingsvirus en de maatschappelijke conformeerziekte, toch is het mij gelukt om mij er geleidelijk aan te onttrekken. De uitkomst was bevrijding voelen. Lichter zijn. Kapitalisme, consumeren, presteren, ambitieus zijn, het is niet meer aan mij besteed en het lucht me op het zo helder te kunnen zien. Het zien van de illusie waar we massaal in geloven dat het onze werkelijkheid is.

Tegenwoordig zoek ik de stilte op, ben ik vaak in de natuur. Er springt iets blij’s in mij open zodra ik de frisse lucht ruik, het kabbelend water zie en hoor, en weinig mensen tegenkom. Niet dat ik een verstokte kluizenaar ben, hoewel de schrijfprojecten van mijn boeken mij daar een mooi excuus voor geven, maar de mate waarin ik mij beweeg in de dynamiek of omgeef met geluiden van anderen, is opmerkelijk verminderd. Niet alleen doordat Corona daartoe dwingt, maar omdat het verlangen in mij ontbreekt om mij nog met oppervlakkigheid en nietszeggende luchtledigheid bezig te houden. En dat wordt nogal veel geproduceerd door hele bevolkingsgroepen. Vergis je niet, ik sta compassievol en liefdevol in het leven, maar de wens naar kwaliteit in intermenselijk contact wint het van al die egogerichte uitingen, die vooral op sociale media te vinden zijn.

Het ‘Ik ben niet goed genoeg’, wat al in onze kindertijd wordt aangeleerd door ouders die hun eigen wonden doorgeven aan ons, heeft als symptomatiek dat we een leven lang bezig zijn om te bewijzen dat we wel goed genoeg zijn of we verdoven of vermijden dat nare gevoel en storten ons op anderen om ons te ‘vullen’.

Hoe vrij willen we zijn? Staan we überhaupt wel stil bij die vraag als we eindeloos doordenderen met projecten en belangrijkheden die ons knagende interne gevoel van leegte moeten overschreeuwen, zodat we die waarschuwende innerlijke stem niet kunnen horen dat we eigenlijk gevaarlijk bezig zijn?

Wie de stilte durft op te zoeken, kan zijn eigen stem echt horen. Wie in de spiegel durft te kijken, kan zijn eigen projectie waarnemen. Niets buiten jou kan jou vervullen of vullen, het ontstaat allemaal binnenin jou, het rijke, het volle, het pure. Juist de mensen die tot de bodem zijn gegaan, vinden vaak dat openbrekend inzicht en verlaten opgelucht de comfortzone.

Sinds ik de dialoog met mijn vrijheid aanging, ben ik stilte gaan omarmen, kon ik stilstaan, zag ik dingen die ik niet eerder waarnam. Hoefde ik niets meer gedreven na te jagen, omdat ik zag dat het slechts gebaseerd was op een vergissing die ik lang maakte, namelijk geloven dat er van alles in de buitenwereld was te vinden, terwijl het mooiste binnenin te vinden was.

Vrijheid is een beleving, een perceptie die gericht is op het waarnemen van schoonheid, op het zien van mogelijkheden, op verantwoordelijkheid nemen voor je eigen geluk, op het mooie zien, ook in het moeilijke.

Sinds ik met mijzelf trouwde, mijzelf onvoorwaardelijk liefheb, is de wereld een speelplaats geworden om wijsheid te laten groeien, vooral door de uitdagingen die, bezien in het licht van die groei, blijven maar steeds minder impact hebben op mijn innerlijke rust. Alles wat moeiteloos gaat, verwelkom ik. Gevechten zijn er niet meer. Het innerlijk conflict is opgelost toen ik het licht op mijzelf scheen, omdat licht alleen het donker kan transformeren. Bewustwording bleef over.

Ik voel blijheid als ik iets nieuws bedenk of creëer, een creatieproces brengt nieuwe energie, want het zet iets nieuws de wereld in. Zingevend en vervullend. Gezegend voel ik mij met die vrijheid en ik realiseer mij dat ik die vrijheid zelf creëer, door de manier waarop ik kijk, voel en denk.

Ik gun het elk mens, innerlijke rust en een zee aan vrijheid!

Een avontuurlijk leven

Een avontuurlijk leven begon voor mij toen ik tweeëndertig was. In mijn puberteit had ik wel spannende ervaringen beleefd, vooral doordat ik optrad als liedjes schrijvende zangeres met gitaar, in bandjes speelde, in studio’s opnam en op podia stond. Dat was opwindend. Maar op mijn tweeëndertigste begon het grote avontuur. In een nieuwe stad, mijn eerste eigen gekochte huis, geheel zelfstandig mijn eigen leven opbouwen in een totaal onbekende omgeving zonder sociale contacten. Ik begon helemaal opnieuw en vond het prachtig.

Ik kwam uit een degelijke heterorelatie met een zachte man maar dat was niet het leven dat ik wilde. Ondanks dat we vier huizen kochten, daar elke keer een opknapproject van maakten, regelmatig op vakantie gingen, had ik het gevoel stil te staan en langzaam in te dutten. Emotioneel en intellectueel leerde ik weinig en groei was er niet. De comfortzone was geestdodend, werd saai en ik voelde me niet verbonden met het leven dat ik leidde noch met de mensen die er om mij heen waren. Ik liet alles achter, huis en haard, en begon aan een nieuw leven. Een leven dat eindelijk als mijn leven voelde.

De avontuurlijke periode die volgde waarin ik ook vrouwen leerde kennen met een romantische intentie was spannend en ik genoot van alle nieuwe ervaringen die ik opdeed, het waren er nogal wat, ik kwam op plekken en in situaties die geheel nieuw voor mij waren waardoor ik delen in mijzelf nog veel dieper leerde kennen, delen die ik niet eerder zo diep aangeraakt voelde. Het erotische en seksuele, het eigenzinnige en onafhankelijke, het kwetsbare en tedere. Langzaam leerde ik mijzelf op diepere lagen kennen en werd daarin ook aangeraakt, zowel fysiek als emotioneel op een manier die mij tot verdieping bracht maar eveneens mijn kwetsbaarheden en issues blootlegde. Daar moest ik echt nog wat mee doen. Wat ik uiteindelijk deed om mijzelf te bevrijden van een zware last uit een pittig verleden, die ik nog met mij meedroeg. De bevrijding kwam na noeste innerlijke arbeid en het leven werd licht. Mijn liefde voor psychologie en filosofie intensiveerde. De encounters met vrouwen namen af. De focus verlegde ik naar innerlijke verdieping en emotionele verrijking. Mijn eerdere reizen naar alle landen in Europa, Amerika en daarna heel Nederland rondreizen door ontmoetingen met allerlei mensen en tevens jarenlang verbindende events organiseren op veel verschillende plekken door Nederland, bracht nieuw avontuur in mijn leven. Dat bewegen en ontmoeten was twintig jaar vervullend en uitdagend. Toch kwam er een moment dat een ander soort beweging en ontmoeting de overhand kreeg: die van stilstaan en stilzijn en daardoor andere dingen kunnen ervaren en opmerken. Daar was geen constant onderweg zijn meer voor nodig, behalve af en toe in de stilte en schoonheid van de natuur en zee zijn of pittoreske dorpjes of onbekende steden bezoeken. Het accent kwam te liggen op de kwaliteit van de ontmoeting en dat betekende een grote afname van ontmoetingen want wat ik als kwaliteit ervoer bleek lastig te vinden en niet de voor de hand liggende interesse van de mainstream. De leer van bewustzijn en bewustwording had mijn volledige aandacht, spiritualiteit groeide. Boeken werden onderdeel van mijn dagelijkse meditatie.

Stress, idealen, prestatiedrang, erkenning nodig hebben, deadlines halen, ik had het allemaal in het verleden meegemaakt maar nu losgelaten. Een zee van stilte en ruimte, schoonheid ervaren in veel dat vanuit creativiteit en flow ontstond, genieten van de schoonheid van de kunsten, maar ook van alle kustgebieden in Nederland, werd de vervulling die mijn hart uitkoos. Rijkdom kreeg een nieuwe en diepe betekenis door het te ervaren als ik de zuivere buitenlucht kon inademen, doordat ik kon doen waar mijn hart lag, doordat ik mij vrij voelde, zonder nadrukkelijke identificatie met alles wat sowieso illusionair en tijdelijk was: de materie, het kapitalisme, het consumeren, het opvullen van leegte, het egogerichte. Ook de jarenlange zoektocht naar de grote liefde kreeg een geheel andere betekenis: het leven werd mijn grote liefde. Ik begreep dat liefde in zoveel vormen komt, dat liefde dagelijks om ons heen is in de natuur, in expressieve kunstvormen, in toevallige ontmoetingen, in je verbinden met jezelf, in dieren, in vriendschappen, in het kleine dat voor het oprapen ligt: de bloemenzee in de velden, de geur van vers gemaaid gras, de heerlijke kop koffie op het balkon, de groep ganzen die overvliegt, de strepen in de blauwe zonovergoten lucht, de attente uitnodiging, de onverwachte verrassing, de handgeschreven kaart met lieve wensen.

De mens is zeker in staat om te evolueren. Niet meer in de breedte waar de nadruk lag op meer en beter willen, maar in de diepte waar de nadruk ligt op kwaliteit en verdieping. Elk mens gaat een eigen ontwikkelingspad: wat eerder belangrijk leek kan onbelangrijk worden. Wat vroeger een levensinvulling was kan slechts het najagen van gebakken lucht worden. Dat is geen cynisme maar realiteitszin die de tand des tijds heeft doorstaan. We kunnen pas echt vrij samenzijn, in het moment en aanwezig, als we alleen kunnen zijn, en onszelf als fijn gezelschap ervaren. Er is niemand die ons hoeft te helen, want dat kunnen wij zelf. Ons zelfhelend vermogen is gigantisch, mits we het waarnemen, aanboren en gebruiken. Niemand kan en hoeft onze leegte te vullen, dat is onze taak en verantwoordelijkheid, we kunnen zelfs tot het punt komen dat we die leegte als ruimte gaan ervaren en daardoor als volheid. We hoeven onze behoeften niet klakkeloos uit te besteden aan een ander noch hoeven we te hopen dat we ons verleden kunnen herschrijven, we kunnen het slechts accepteren en integreren in onze levensloop als onderdeel van ons verhaal. Een verhaal dat we kunnen herschrijven door een nieuwe interpretatie te vinden, maar wordt niet je verhaal, maak er geen identiteit van waar je je dan weer aan vast gaat klampen, alsof je niet op jezelf zou kunnen vertrouwen. Want dat kun je wél.

We zijn energie, hebben een lichaam, en we kunnen onze frequentie, de trilling van onze energie, zelf sturen en beinvloeden en verhogen. Dat kunnen we doen door trouw aan onze natuur te zijn. Als je nog niet weet wat je ware natuur is, ga dan de natuur in, wordt stil en luister naar wat je hoort. Is het een stem die je van alles opdraagt, zoals je ouders je van alles opdroegen om iets te zijn of te worden, wat wellicht helemaal niet van jou was? Of hoor je je eigen innerlijke stem die je aanmoedigt om los te breken uit wat je in de grip houdt? Als je trouw wordt aan je ware natuur dan zul je je vrij gaan voelen. Juist die vrijheid voelen is waar jij werkelijk begint en al het andere eindigt.

Waar je helemaal niets aan hebt en wat ook niet bij jou hoort zul je helder gaan ervaren. Zo heb ik mij lang geleden ontdaan van alles wat me niet meer diende: bezigheden, mensen, situaties, verwachtingen. Het leven werd eenvoudig, simpel, maar ook waarachtig en vervullend. Nooit ben ik bang geweest om iets af te sluiten zodat ik aan iets nieuws kon beginnen. Dat heb ik in werk en passies gedaan, in relaties en vriendschappen, in woningen en woonplaatsen, maar ook door nieuwe richtingen op te gaan en nieuwe koers te zetten. De verrassing die dat brengt is verfrissend en houdt me alert. We creëren soms onze eigen gevangenis door onze angst te laten overheersen en onze moed niet aan te boren, waardoor we ons zouden kunnen losmaken uit iets wat ons niet meer dient, uit iets dat voorbij is, omdat de tijd is aangebroken om aan iets nieuws te beginnen.

Het avontuurlijke in mijn leven heeft uiteenlopende en verschillende gedaanten gehad. Maar het grootste avontuur voor mij is het leven zelf. Elke dag laat ik mij verrassen door wat zich vanzelf ontvouwt. Schoonheid en wijsheid groeien met de jaren en ik ervaar veel vrijheid door het vrije leven dat ik nu leef. Dat is niet meer een leven van grote verplichtingen en plichtplegingen. Geen grote verantwoordelijkheden en huizenhoge verwachtingen van mijzelf of van anderen. Ik onttrek mij aan drukte, stress, herrie, stank, ondankbaarheid, het onbewuste en verkeer in de stilte, kwaliteit, schoonheid, creativiteit en dankbaarheid, wat synoniem is aan een vrij leven voor mij.

Een vrij leven is een keuze en belangrijke keuzes op het gebied van werk, bezittingen, relaties, afhankelijkheden en verplichtingen liggen er aan ten grondslag. Vrijheid willen voelen betekent soms ook durven alleen te staan omdat je je niet conformeert aan verwachtingen van de buitenwereld. Het avontuurlijke in mijn leven speelt zich nu vooral af in de innerlijke wereld, met af en toe een uitstapje naar buiten, naar ontmoetingen of gebeurtenissen die echt waardevol en voedend zijn. Het in gang zetten van verandering en iets creeren vanuit niets heeft altijd een grote rol gespeeld in mijn leven, omdat mijn behoefte aan groei altijd groot is geweest. Groeien ontstaat door verandering en door jezelf te blijven uitdagen. Daarnaast is er rust om dingen zich vanzelf te laten ontvouwen. Dat vraagt vertrouwen in het leven, vertrouwen in het goede zonder naïef te zijn. Want licht is in het gezelschap van donker, het is onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zoals we allemaal een donkere en lichte kant hebben, die we tijdens ons individuatieproces kunnen integreren. Dat vrije gevoel komt tot uitdrukking zodra we het lichte en donkere toelaten en omarmen, onszelf accepteren.

De wereld tijdens deze coronacrisis staat in brand en laat alles aan de oppervlakte komen. Het donkere en lichte van de mensheid. De onvrijheid van de systemen die we hebben gebouwd. Maar ook het vastklampen aan zogenaamde zekerheden die geen zekerheden blijken. Doch ook onze behoefte aan menselijk contact en aan sociale interactie. We zien de natuur opbloeien, de vervuiling die we maakten neemt af, de stilte is hoorbaar, de schoonheid die we onder de voet liepen door massaal te consumeren is verdwenen. We merken de natuur op, de pracht van gebouwen, de dieren verschijnen en gedijen. We willen er voor elkaar zijn, nu we elkaar meer dan nodig hebben, nu we merken dat we allemaal gelijk zijn in onze kwetsbaarheid. Nog nooit eerder wilden we zo graag het leven vieren en begrijpen we wat het Leven waard is nu het niet als vanzelfsprekend kan worden geleefd en beleefd. Nu het elk moment voorbij kan zijn, de dood dichtbij komt. Ik hoop dat we deze bewustwording behouden, dat we de zorg voor elkaar blijven tonen, dat we de natuur blijven eren, vooral zodra we weer terug kunnen keren naar ons ‘normale’ leven. Ik hoop dat we niet meer terugkeren naar dat oude leven want het was ongezond, gestrest en ego gedreven. We hebben wereldwijd de aarde vervuild en vernietigd. Enkel uit winstbejag, drang om kapitaal te vermeerderen, natuurlijke bronnen worden uitgeput. Moeder aarde roept ons tot de orde: wees zorgzaam voor de aarde, voor de natuur, voor je medemens. Kijk naar elkaar om, wees je bewust van onze nietigheid en kwetsbaarheid. We hebben dit aan onszelf te danken, de levensles wordt hopelijk geleerd. Misschien bouwen we een andere en nieuwe wereld waarin we oog behouden voor waar het werkelijk om gaat. Waar het echt om gaat voelen en zien we nu. Laten we het nooit vergeten!

Worden we wakker?

Plots zien we meer dan we ooit zagen

Plots veranderde alles.

Wat eerder belangrijk leek, is nu verwaarloosbaar.

Begrip vervangt het klagen.

Surrogaat zekerheden worden blootgelegd, want het blijken ilussies.

De mensheid wordt door de natuur op de grootste kwetsbaarheid gewezen.

Systemen vallen om en wat eerder niet kon, kan nu in dagen.

Hebzucht, winst maken en je verrijken via anderen heeft plaatsgemaakt voor tevreden zijn met mogen leven en ademen.

Afstandelijkheid en vluchtigheid worden weggevaagd want men ervaart de rijkdom van contact en verbinding, nu dat niet kan.

Vervuilde lucht wordt schoner, water wordt helder. Het milieu en de natuur bloeien op, ze worden met rust gelaten en herstellen vanzelf.

Er is een pandemie nodig om mensen wakker te schudden en te laten ervaren waar het werkelijk om gaat.

Materie, kapitaal en status vallen weg, hoe we met elkaar omgaan blijft over.

Welke beroepen levensbelangrijk zijn wordt nu duidelijk, de waardering die ze verdienen ook.

Alles wordt blootgelegd. De angst en verkramping. De liefde en het omarmen ook.

Burnouts verdwijnen. Workaholics ook.

Toekomstplannen en verre dromen vervagen. Vandaag is alles wat we hebben. We leren in het NU te leven.

De stilte en sereniteit vallen op, onze herrie is verdwenen.

Luisteren en kijken naar elkaar krijgt alle tijd en ruimte.

De kwaliteit van de relatie wordt voelbaar, het ontbreken ervan ook.

Plots veranderde alles. Misschien was de wereld er aan toe.

De werkelijkheid heeft uiteindelijk altijd gelijk!

De paradox van verbeelding

Verliefd ben ik. Onverwoestbaar sijpelt het al mijn cellen binnen. Op alles dat ik als schoonheid ervaar, daar ben ik verliefd op. Niet op sleur, niet op verveling, niet op verplichtingen als een strop om de nek, niet op slachtoffergedrag, niet op botheid noch op onattente personen, niet op files, niet op stress, niet op etaleren, projecteren en compenseren, niet op slecht luisterende oren, niet op luidruchtige mensen en vies ruikend verkeer.

Verliefd ben ik op de zonsopkomst en de zonsondergang en alle schoonheid die tussen die twee ziel verzachtende gebeurtenissen kan aanraken, optillen, stimuleren en boeien. Maar is dat de werkelijkheid?

Men creëert de eigen werkelijkheid, zegt men. Maar hoe weten we of onze werkelijkheid wel de realiteit is? En als we het zelf kunnen creëren, betekent dat dan niet dat we zowel onze misère als ons geluk kunnen creëren? Is de werkelijkheid niet vooral een weergave van de waarneming zoals we die denken te ervaren? Opgeluisterd door inprentingen, conditionering, typerende eigenschappen die we in de loop van ons leven hebben ontwikkeld, mede op basis van onze sociale interacties en vroegste ervaringen met ouders of opvoeders.

Indien het brein niet goed functioneert dan kunnen wij minder goed functioneren en als het brein ziek is dan worden wij ziek. Het brein en ons denken heeft dus een centrale rol in onze werkelijkheidsbeleving, evenals ons centrale zenuwstelsel dat ons laat vluchten, vechten of bevriezen/verlammen op basis van de geprogrammeerde emotionele respons en ons palet van emotionele reacties, dat we spontaan aanspreken zodra we herinnert of getriggert worden, door iets in het heden dat ons terugwerpt verbeeldingsgewijs naar het verleden. Wederom is de verbeelding van sterke invloed.

Even terug naar mijn verliefdheid op alle schoonheid in het heden. Die kan ik waarnemen door mijn selectieve focus en mijn typerende levenshouding die gericht is op het mooie in veel kunnen zien, de diepere laag opzoeken, het perspectief dat uitgaat van iets altijd kunnen aanwenden of omvormen, hoe triest ook, om er iets creatiefs of inspirerends van te maken. Dat heet positieve transformatie. Als kind heeft die vaardigheid mij geholpen door zware en donkere momenten heen te komen. Als vrouw in het nu creëert het altijd weer iets nieuws.

Daarnaast ben ik verliefd op Francesca, een van de hoofdpersonen in de psychologische roman die ik momenteel schrijf. Ze is opgestaan vanuit mijn doosje met dekseltje, waar diepe verlangens in zitten. Een doosje dat ze voorzichtig heeft opengemaakt. Francesca geeft stem aan kleurrijke schoonheid, die ze zelf bezit, maar die ze ook op elk moment om zich heen verspreidt. Dat ik verliefd op haar ben heeft vooral met mijn verbeelding te maken. Ik werd eerder ook wel eens verliefd op mensen die ik helemaal niet goed kende. Dat is het magische van verliefdheid, je wordt overgenomen door beelden, dromen en verlangens, die uitsluitend in jouw eigen brein ontstaan. Wat we denken te zien, is wat we hopen dat er is. Vandaar dat er zo vaak een grote discrepantie zit tussen verliefdheid en de realiteit. Het zijn twee verschillende werelden die niet op elkaar zijn afgestemd. Dat komt later pas, als we neerdalen en met onze voeten weer op de aarde staan. De realiteit is vaak hardnekkiger dan de verbeelding, vandaar dat ik wil voorstellen dat we de realiteit verzachten door dat wat we in aanvang heel gemakkelijk konden: elke stap van een ander in het licht van de positiviteit zien, elke teleurstelling ombuigen naar een kans tot groei, elke niet nagekomen belofte zien als de menselijke conditie. Indien dat ons lukt, dan kunnen we in harmonie met elkaar samenzijn. Zodra we iets nodig hebben van de ander en willen halen bij de ander, dan gaat het mis. Want die ander is net zo feilbaar en heeft net als wij nare kanten. Indien je dat voor ogen houdt dan valt het allemaal reuze mee.

Ik wil bijvoorbeeld niet samenleven, heb dat tweemaal uitgeprobeerd, maar het past niet bij me. Ik heb tijd en ruimte voor mijzelf nodig, ik wil niet zeven dagen in de week iemand om mij heen hebben, ik zou er gek van worden. Constante herhaling en routine, daar ben ik niet voor gemaakt. Ik hou juist van verrassing en onverwachte wendingen, en een beetje avontuur op z’n tijd. Heerlijk om te dromen en fantaseren als er een tijd overheen gaat voordat je de ander weer kunt zien. Telkens een nieuw entreebewijs kopen om de voorstelling te mogen zien. Nu klinkt dat natuurlijk een beetje absurd, maar vergelijk het maar met een zee die tussen twee landen ligt. Daar moet je ook een boot of vliegtuig voor nemen om het andere land te kunnen bezichtigen en bezoeken. Zo zie ik dat ook ten aanzien van harmonieuze en verrassende liefde. Een prikkelende dans tussen twee dansers die weten dat ze een paar zijn, maar niet weten op welke muziek ze deze keer moeten dansen. Snap je de verrassing?

Nu is niet iedereen gemaakt voor een avontuurlijk en verrassend bestaan. Er zijn ook mensen die zweren bij vertrouwdheid, huiselijkheid en zekerheid. Niet dat ze het avontuurlijke niet zouden waarderen, maar de rust en vertrouwdheid van zekerheid voelt zo prettig en daarmee wordt elke angst die gerelateerd zou kunnen zijn aan eenzaamheid of het niet alleen redden, buitengesloten. Ogenschijnlijk vrije keuzes door onvrije overtuigingen. Je weet nooit of je het kunt, als je het nog nooit hebt gedaan, zeg ik dan maar.

Ik hou van mijn verbeelding, ik ben er zuinig op en geniet er optimaal van. Dat kan ik omdat ik ruimte creëer die door niemand anders wordt ingenomen, zowel fysiek als psychologisch niet. Een soort heilige afspraak met mijzelf dat het nu even me-time is. Niet een dag in de week, maar dagelijks. Ik denk dat creatieve mensen meer verbeelding nodig hebben, anders zou er ook niets nieuws gemaakt kunnen worden immers. Wat ik creëer heeft ingrediënten in zich die vanzelfsprekend in mij terugkomen. Zoals een biologisch kind ook genen en kenmerken heeft van de moeder, zo maak ik ook “kindjes” die allemaal iets van mij weg hebben: liedjes, gedichten, boeken, initiatieven, trainingen en sessies. Allemaal kinderen die ik de wereld in stuur om iets moois teweeg te brengen.

Hoewel verbeelding soms verworpen wordt, denk ik dat het leven vooral mooier wordt zodra we onze verbeelding gebruiken. Verbeelding is onze persoonlijke interpretatie en de vorm en taal die kenmerkend is voor onze innerlijke wereld. Dus onze verbeelding staat heel dicht bij wie wij zijn. Als we geen uiting kunnen geven aan wie wij zijn, dan worden we vaak verdrietig of ziek, een vat opgekropte en bevroren energie. Het lichaam verstijft, we krijgen vaak symptomatische klachten, wat ingehouden schreeuwen zijn van een ziel die er niet mag zijn. Onze organen slaan die vastzittende energie op. Wat doen we onszelf toch nog veel te vaak tekort door niet te uiten wat zo enorm belangrijk voor ons is.

De paradox van verbeelding stuit soms op ongeloof, rationaliteit, nuchterheid en een weigering om toe te geven aan vrije expressie die vanzelf een vorm vindt, doordat er geen kaders en voorwaarden zijn. Je mag uit een diepte in jezelf putten, die toegankelijk wordt als je alles loslaat. Dat lijkt een beetje op het onmogelijk samengaan van avontuur en geborgenheid. Maar met een beetje verbeelding behoort dat eveneens tot de mogelijkheden.

Woest ontwakend verlangen

Van een afstand de wereld en mensen aan- of beschouwen, betekent dat we er niet echt betrokken bij zijn of middenin staan, misschien zijn we het contact met ons lijf en ons gevoel geleidelijk kwijtgeraakt. Natuurlijk gebeurt dat niet zomaar, er gaan vaak trauma’s of pijnlijke ervaringen aan vooraf. We hebben intermenselijk contact nodig om gespiegeld, gecorrigeerd of geïnspireerd te worden. We kunnen wel stoer beweren anderen niet nodig te hebben, maar dat is soms de stem van teleurstelling en argwaan die spreekt. We ontdekken onszelf steeds meer in de interactie met anderen.

Ik geloof dat zelf bewegen naar anderen toe, een manier is om dat interactief proces op gang te brengen. Als kind begon ik daar al mee. Mijn geschiedenis was toen de noodzaak waarom ik dat deed, dat zette ik voort in mijn pubertijd en jong volwassenheid. Ik wilde mij zó graag verbinden. Door veelvuldige ervaringen, zowel in vriendschappen, avonturen en liefdesrelaties, veranderde ik stap voor stap de kwantiteit en kwaliteit met betrekking tot mij verbinden met anderen. Tegenwoordig ben ik sociaal selectief, hecht ik veel waarde aan de kwaliteit, wederkerigheid en inspiratie van contacten en durf ik afstand te houden en afscheid te nemen als het lang scheef groeit en de klik langzaam verdwijnt of überhaupt niet (meer) aanwezig is. Overigens betekent dat niet dat vriendschappen en relaties die voorbij zijn gegaan hun waarde hebben verloren. Integendeel, ze waren erg belangrijk en ik draag ze dankbaar mee in mijn hart. Maar we zijn op een natuurlijke wijze uit elkaar gegroeid en andere wegen op gegaan. Ontmoeten en afscheid nemen hoort ook bij het leven.

Woest ontwakend verlangen raakt een andere laag in ons aan en komt diep binnen als er iets gebeurt in ons lijf en ons hart dat ontegenzeglijk gevoeld wil worden en misschien lang niet gevoeld werd of een nieuw gevoel en dus compleet nieuwe ervaring voor ons wordt. Soms is het een chemische reactie tussen twee mensen, door hun ontmoeting gebeurt er iets in hen dat hen beiden voor dat moment veranderd. We zien dat op een oppervlakkig niveau tijdens verliefdheid gebeuren, vaak is dit slechts van tijdelijke aard. Indien de chemische reactie echter veel dieper gaat dan enkel een fysieke aantrekking en hormonale respons, dus ook op intellectueel en emotioneel niveau, dan zal de verandering werkelijke impact hebben op iemands leven en gevoelswereld. Beiden zijn daarna niet meer dezelfde mens en soms heeft dat grote gevolgen voor de keuzes die iemand maakt en de veranderingen die er in de buitenwereld ook plaatsvinden.

Soms zijn we ingedut, weinig vitaal, verveeld, twijfelen we of dit het nou is en missen wij van alles als we het woest ontwakend verlangen al lang niet meer voelen. Natuurlijk moet er gelegenheid zijn om tot dat woest ontwakend verlangen te komen. In langdurige relaties is afstand, ruimte en fysieke onbereikbaarheid een optie om het tot leven te wekken of één van beide wordt verliefd op een ander en plots wordt de vanzelfsprekendheid ruw wakker geschut dat er werk aan de winkel is om de ander weer terug te veroveren, iets dat we waren vergeten omdat we dachten de schaapjes op het droge te hebben. In vrijgezelle levens is beschikbaarheid van interessante en aantrekkelijke personen kunnen ontmoeten een optie, hoewel dat met de supermarkt van online dating-apps geen enkele garantie is en de oppervlakkigheid daar het handelsmerk is. Dus we zullen dieper moeten kijken en gaan. Specifieke clubjes met een serieuzer karakter, via vrienden of tijdens verjaardagen en bruiloften, indien ons woest ontwakend verlangen echt aangewakkerd wil worden, dan zullen we oppervlakkigheid vaarwel moeten zeggen.

Maar niet alleen de oppervlakkigheid moeten we buiten de deur houden, ons eigen brein zal open moeten staan voor impulsen, reacties en mogelijkheden en onze verbeelding moet geactiveerd kunnen worden, en dat vraagt openheid en toegankelijkheid van ons. Zonder kwetsbaarheid toelaten is er géén opening om het woest ontwakend verlangen te kunnen gaan voelen. Er moet iets in ons willen uitreiken, nieuwsgierig zijn, we moeten uitgedaagd willen worden en we zullen risico’s moeten willen nemen om die diepere laag in ons te laten aanraken door een ander, er zal iets open moeten gaan in onszelf om die opening voelbaar en zichtbaar te maken voor een ander. Toch vraagt het woest ontwakend verlangen meer dan de mogelijkheid om iemand te ontmoeten en de openheid en verbeelding om het te laten gebeuren: er zal een resonerende frequentie moeten zijn die zowel met ons intellect, onze emotionele wereld en met ons fysiek lichaam te maken heeft. Vandaar dat de rationele wetenschap, die uitgaat van meten en feiten, niets kan uitrichten en de plank vaak misslaat, want de mens is complex in de zin van steeds bewegende emoties, gedachten en wensen, geen vaststaand pakketje van onveranderlijke ingrediënten. Vandaar dat materiële lijstjes en interesse opsommingen niet doorslaggevend zijn in het tot stand brengen van voedende en interessante interacties tussen geliefden die naar elkaar gaan verlangen en naar elkaar blijven verlangen. Economische regelingen zijn al lang niet meer de standaard in ons liefdesleven. Mensen die daar noodgedwongen tot veroordeeld zijn, betalen daar vaak een hoge prijs voor. Ook keuzes die door angst worden bepaalt en niet door vrijheid en verlangen hebben hun weerslag op ons gevoelsleven.

Het is bijna acht jaar geleden dat ik in de liefde een woest ontwakend verlangen ervoer. Ik voel dat het sluimerend verlangen om het weer te ervaren groeit, dat mijn brein ermee bezig is en mijn hart steeds verder openstaat om het woest ontwakend verlangen een kans te geven. Hoewel een rijk leven op velerlei manieren ingevuld kan worden, ik mijzelf gelukkig maak, vraagt het leven mij, juist door de interactie met mensen, om nieuwsgierig te blijven en liefde te vermenigvuldigen door het te delen en het vurige en hartstochtelijke wat zeker bij mij hoort, niet enkel te bewaren voor in mijn boeken en muziek. Soms is er slechts één mens nodig, die een lichtbundeltje met opmerkelijke energie met zich meedraagt, waar ik plots door bevangen en geraakt wordt en er iets wonderbaarlijks woests loskomt. Het mag gebeuren universum :-).

De kleur van seizoenen

Onze telling geeft ons een jaar. Een jaar waarin we de vier seizoenen meemaken. Een jaar dat ons nieuwe ervaringen geeft en nieuwe mensen op ons pad en zelfs af en toe een nieuwe woonplaats en nieuwe woning. Een mogelijkheid om te starten met een schone lei. Want nieuwe omgeving en nieuwe energie zijn bij uitstek geschikt om een nieuwe koers te zetten.

Maar de vraag is of dit werkelijk zo is. Want zou een goudvis weten dat hij in water zwemt? Uiteraard een metafoor voor de wereld waarin wij denken te leven en dat we denken dat door in een nieuwe omgeving te zijn ons leven werkelijk zal veranderen. Want waar we ook gaan of zijn, we leven in ons lichaam, denken met dezelfde geest, ervaren met onze onveranderde zintuigen, dragen dezelfde bril van onze persoonlijke perceptie en interpretatie, praten met dezelfde toon en beleven onze geschiedenis op de manier zoals we dat al jaren doen.

Uiteindelijk is het krijgen van nieuwe ogen dé manier om de wereld anders te ervaren en beleven. Zo ook onze beleving en waarneming over wat er ooit was en nu is. Mensen die soms jaren depressief zijn worden plots wakker en wat er veranderd is, is hun perceptie over dat waar ze jaren mee worstelden. De illusies over zichzelf en anderen die hun gevangen hielden. De gevangenis van het brein dat overuren maakte. En plots viel het licht naar binnen. Was er een moment dat men begreep dat het lijden door henzelf veroorzaakt werd, door de vervormde perceptie en interpretatie die hen ziek maakte. Ze konden het zelf in één seconde stoppen. Het moment van gewaarwording was het glorieuze kantelpunt.

Het jaar dat met de vier seizoenen voorbij is gekomen dit jaar was voor mij een jaar met twee grote veranderingen: een nieuw huisje en een nieuwe omgeving. Maar mijn essentie is gewoon meeverhuisd. Ik geniet van het water en de rust die om mij heen is. De boerderij gaf mij dat ook, hoewel de ruimte in huis en de ruimte er omheen veel groter was. Maar ook deze nieuwe plek brengt weer nieuwe ervaringen en mogelijkheden. Op zich maakt het niet meer heel veel uit waar ik woon, omdat ik de rust en ruimte overal mee naartoe neem omdat die in mij huist. Dat de uiterlijke wereld zich daarop aanpast is enkel de synchroniciteit die helemaal klopt met het innerlijke. Ik zou niet meer willen en kunnen zijn in een drukke en lawaaierige omgeving en veel ego-uitingen zeker niet.

Steeds meer is er een geruisloze overgang van het ene jaar in het andere. Dat is blij te wijten aan het geruisloze en evenwichtige in mij. Er zijn al lang geen gigantische ups of downs meer. Er is gelijkmatigheid en innerlijke harmonie. Een jaar komt en gaat, moeiteloos en ontspannen. Het gaat niet per se om een jaar maar veel meer over hoe we het beleefd hebben. Als je elke dag begroet alsof je die zelf gekozen hebt, dan is harmonie mogelijk. Weerstand is kenmerkend voor niet in balans zijn met jezelf en je omgeving. Bij weerstand is helder zien en genieten heel lastig.

Hoeveel mensen ik nog zie die geloven een ander nodig te hebben om gelukkig te zijn is schrikbarend. We worden zo geïndoctrineerd door sprookjesverhalen in films, muziek en boeken en we nemen nog zoveel over van onze ouders en voorouders. We leren niet om onszelf eerst gelukkig te maken en daarna pas rond te kijken met wie we dat kunnen delen. Als we dat jong zouden leren dan zouden relaties zoveel gelijkwaardiger en gezonder zijn. Er gaat al vaak veel mis als we jong zijn. Het repareerwerk kost ons veel jaren. En voor sommigen lukt dat in één leven nog steeds niet. Als alle mensen die samenleven gelukkig zouden zijn samen dan zou onze wereld er ook heel wat harmonieuzer uitzien. Dus ik pleit voor zelfkennis, zelfliefde en eigenwaarde eerst ontwikkelen voordat je serieuze banden aangaat. Maar daar staat tegenover dat we -in verbinding- het meeste van onze eigen issues kunnen voelen en helen. Dus relaties zijn nodig om dat naar boven te halen. Echter er is een punt waarop relaties die rol niet meer hebben en enkel de sprankelende samenkomst van twee hele mensen vormen. Mensen die zich compleet voelen, één met alles en zichzelf.

Is het voorjaar synoniem aan onze jong volwassenheid waarin alles nog fris bloeit en groeit? De zomer gelijk aan onze volwassen jaren als we ons settelen in warmte? De middenjaren synoniem voor de herfst waarin we uiterlijke schoonheid verliezen en mogelijkheden afnemen? En de ouderdom gelijk is aan de winter waarin we ons terugtrekken en afzonderen? Kunnen we dat niet zelf beïnvloeden of vallen we samen met wat ons aan beelden wordt voorgeschoteld in de media? Kunnen we ontstijgen wat de natuur ons laat voelen of kunnen we er vrede mee hebben dat elke levensfase weer iets anders in ons aanraakt? Durven we daarin mee te veren en op de stroom van het leven verder te drijven?

Ik merk dat ik niet meer terugdenk aan dit jaar, maar eigenlijk veel liever kijk naar de levenservaringen die mij met mijzelf lieten kennismaken en mij daardoor bij mijn essentie en diepste natuur brachten. Daar is mijn tevredenheid en harmonie te vinden. Alles wat ik tot nu deed stond eigenlijk in het teken daarvan. De vormen die daaruit voortkwamen bewegen elk jaar mee met de stroom van mijn leven en ik deel die vormen met de wereld om mij heen. Maar de essentie is al lang een en dezelfde: leef je diepste zelf en geef dat door.

Vanuit die missie en gedachte vertrouw ik op de dag die er vandaag is. En morgen weer.

Maak er een mooi en vervullend nieuw jaar van. Meer dan een dag tegelijk leven is niet nodig, want deze dag komt morgen weer.

Sterke Vrouwen en de temperamenten van de geest

Ik heb een zwak voor sterke vrouwen. Als kind ontwikkelde ik die gevoeligheid voor hetzelfde geslacht al. Mijn twee moeders, zowel de biologische die verkracht werd (en waar ik uit voortkwam) en ook de adoptiemoeder die geen kinderen kon krijgen en met incest te maken had in haar jeugd, waren geen voorbeelden van sterke vrouwen voor mij. Ze hadden veel persoonlijk leed, waren redelijk labiel en afhankelijk van een man en het meest pijnlijke vond ik dat ze zich enorm identificeerden met hun ‘slachtofferschap’, dat werd gecultiveerd als een identiteit waardoor je aandacht kon krijgen of in elk geval hulp en zorg. Begrijp mij niet verkeerd dat ik zie dat ze in een andere tijd leefden, en ze ingrijpende trauma’s opliepen, die ze niet verwerkt hadden, en dat ze zich uiteraard door hun opvoeding en tragische geschiedenis zo ontwikkelden of beter gezegd weinig ontwikkelden en klein werden gehouden door de mannen waar ze mee trouwden. Rationele en dominante mannen met weinig empathie en compassie, die geen rekening met hen hielden. Zoals ze ook geen rekening met zichzelf hielden omdat ze een laag zelfbeeld hadden en niet erg gelukkig met zichzelf waren. Trieste geschiedenissen die hun weerslag hadden op het verloop van hun leven. Maar ik zag en zie ook dat er vrouwen waren die ook in die tijd leefden en het nodige meemaakten maar zich onafhankelijk opstelden en hun eigen broek ophielden. Wat maakt dat verschil, hoe mensen met tegenslag en ingrijpende gebeurtenissen omgaan?

Baby’s worden al met een specifiek temperament geboren, het karakter is ook al in de dop aanwezig. Temperament wordt genetisch bepaald. Er zijn vier soorten temperamenten: Maar de ontwikkeling van karakter wordt ook sterk beïnvloed door de omgeving waar je in opgroeit en daarnaast welke aanwezige kenmerken aangesproken worden en ingezet moeten worden en welke minder nodig zijn waardoor ze minder ontwikkeld worden. De sociale interacties hebben ook invloed op karaktervorming. Mijn temperament, sterkst aanwezig het cholerische, is vurig, onderzoekend en gepassioneerd. Iets dat ik niet terugvond bij het pleeg- en adoptiegezin maar wat wel een weg zocht om te kunnen bestaan. Dat manifesteerde ik door gedreven muziek te maken en te schrijven en door intense vriendschappen te zoeken en aan te gaan met vriendinnen en door in de creatieve wereld te bewegen, waar uitdaging en avontuur te vinden waren. De intellectuele en emotionele voeding die ik miste, compenseerde ik door boeken te verslinden en mij te verdiepen in psychologie.

Het was de Griekse wijsgeer Hippocrates die voor het eerst bepaalde eigenschappen van de menselijke geest en de uiterlijke verschijningsvorm met elkaar in verband bracht en onderverdeelde in vier temperamenten: de sanguinicus, de flegmaticus, de cholericus en de melancholicus. Deze vier typen zijn natuurlijk niet of-of in de mens aanwezig, maar het ene is dominanter dan het andere. Het dominerende temperament bepaalt de grondtoon van ons karakter, hoe we de wereld tegemoet treden, hoe we met onszelf en de ander omgaan en ook … hoe we de dingen opnemen, ervaren en waarnemen.
Rudolf Steiner heeft de leer van de temperamenten een nieuw fundament gegeven door ze de verbinden met de antroposofische wezensdelen: het fysieke (aarde), het etherische (water), het astrale (lucht) en het ‘ik’ (vuur).

Het sanguïstische kind: het element lucht overheerst. Het zijn kinderen die van afwisseling en afleiding houden. Ze kunnen genieten van veel mooie, kleine dingen en weten hun dierbaren te verrassen met oorspronkelijke cadeautjes. Ze zijn gevoelig voor sfeer en willen de stemming er graag inhouden.
De energie van het sanguïstische kind is luchtig en vluchtig: hij is extravert en reageert meteen op alles wat op hem afkomt. Die vele indrukken kunnen hem in de war brengen, zodat hij niet meer weet wat hij zelf eigenlijk wilde.
Een ellenlange vertelling is aan het sanguïstische kind niet besteed; wel een springerig, humoristisch verhaaltje met wat korte zijwegen.
Zijn korte spanningsboog kan hij leren uitrekken als hij liefdevolle feedback krijgt. Hij zal een te slordige klusje met liefde voor een dierbare graag opnieuw willen doen. Dit herstellen, overdoen, is een goed middel om zijn energie te richten. Hij wordt oplettender als hij de verantwoordelijkheid krijgt voor een eenvoudige taak. Tenminste: als het niet steeds dezelfde taak is. Afwisseling door variatie geeft hem steeds weer de stimulans om vol te houden.

Het flegmatische temperament
Bij het flegmatische kind overheerst het water. Letterlijk: het vraagt om vocht. Vergelijk het met de bomen: ook als ze kaal lijken, is het binnenin een drukte van belang. De sappen stromen golvend tot in de toppen van de roodkleurende bladknoppen. Het water draagt alles wat de boom nodig heeft door de stam omhoog vanuit de grond, tegen de zwaartekracht in.
Ook in het flegmatische kind is de werking van het vochtsysteem bepalend voor zijn functioneren. Stroomt dit voldoende, dan voelt het flegmatische kind zich als een vis in het water.
Zo’n kind ergert zich niet snel, want de indrukken van buiten lopen stuk op zijn energiesysteem dat als een brede rivier stroomt en hem beschermt. Genoeglijk kan hij genieten van het bestaan, goedgemutst en vriendelijk glimlachend om de drukte die anderen maken.
Flegmatische kinderen zijn vitaal. Ze hebben veel energie die rustig door hen heen stroomt. Daardoor hebben ze een groot uithoudingsvermogen: zijn ze eenmaal op gang, dan dendert hun trein gewoon door. Ze houden van werk dat om tijd en herhaling vraagt. Vriendschappen zijn voor hen een natuurlijk gegeven: een flegmatisch kind is gezellig, maar het alleen-zijn heeft ook zijn voordelen.
Het zijn dromers die graag naar dingen kijken en erover nadenken. Ze lijken passief en onverschillig, maar dat betekent allerminst dat ze inactief en ongeïnteresseerd zijn: meestal hebben ze perfect in de gaten wat rondom hen gebeurt. Wie het flegmatische temperament tot volle bloei wil laten komen, heeft geduld nodig. Wie iedere dag bij een kopje thee en een koekje kan luisteren naar de verhalen van de dag, wie hem opmerkt in zijn kwaliteiten, geeft hem de steun om te zijn wie hij is: het betrouwbaarste kind van de wereld.

Het melancholische temperament
Het melancholische kind leeft sterk in zijn lichaam en is verbonden met de aarde. Dit kind is een beetje een piekeraar. Je vindt hem onder de tafel, tussen de kast en de deur en … soms in de kast, waar niemand hem ziet en hij veel kan nadenken. Hij speelt het liefste alleen.
Hij stelt diepzinnige vragen (waarom kan je god niet zien? Wat ligt er achter de horizon?) en lijkt in dit opzicht op een volwassene.
Het melancholische kind houdt van lange, dromerige verhalen, waarin het zich levendig kan verplaatsen en waarbij het zichzelf vaak de hoofdrol toebedeelt. Hij slaapt moeilijk in omdat zijn hoofd nog vol zit van gedachten en zelfverzonnen verhalen en staat dan ook op met een ochtendhumeur. Harmonisch naar bed gebracht worden en vriendelijk gewekt worden doen vaak wonderen bij een kind dat zich vaak bedroefd voelt.
Het is een teer kind, dat veel zorg, liefde en begrip nodig heeft en veel voedsel vraagt voor ziel en geest: sprookjes en autobiografieën leren hem de eigen zwaarte vergeten doordat hij zich kan laven aan het lot en verdriet van de anderen. Hij is dan ook bij uitstek de ideale toeverlaat voor vriendjes met verdriet en pijn.
Het melancholische kind wordt aangetrokken door ritme, muziek en sport.
Het is erg kieskeurig met het eten. Een bescheiden maaltijd met niet te veel soorten voedsel die vooral boeiend zijn voor het oog, daarvan wordt dit van nature koude kind warm vanbinnen.

Het cholerische temperament
De benoeming spreekt voor zich: dit vurige temperament kan in woede uitbarsten als het zijn zin niet krijgt. Gelukkig is dat zowat het enige minpunt van dit temperament. Cholerische kinderen zijn heel enthousiast: het zijn krachtnaturen, met sterke hartstochten en sterke instincten en weinig geduld. Vuur is hun element. Ze zijn altijd zichzelf en zijn zelden of nooit humeurig. Ongerustheid of zich zorgen maken, staan niet in hun woordenboek. Emoties ga je echter niet vaak zien … (tenzij een woede-uitbarsting). Ze zijn plichtbewust, volhardend, hebben een groot verantwoordelijkheidsgevoel, en een grote liefde voor structuur en zekerheid. Hun creativiteit uit zich in een verscheidenheid aan efficiënte oplossingen waarmee ze hun doel bereiken: of het nu taal, theorieën, gereedschap of een computer is. Hun energie kan een stuwende kracht zijn bij moeilijke taken, een toneel, de organisatie van feestjes enzovoorts. In het vuur van zijn enthousiasme vergeet het cholerische kind soms om rekening te houden met andermans gevoeligheden en tegelijkertijd kan hij zich diep gekwetst voelen als iemand hem niet erkent. Zijn enthousiasme maakt het hem moeilijk om netjes te werken, maar voor een geliefd persoon kan hij met taaie volharding iets tot stand brengen wat niet in zijn aard ligt.
Het cholerische kind is in zijn element bij taken die net ietsje boven zijn kracht liggen en natuurlijk bij fysieke inspanningen waarvoor je veel moet doen. Opstaan is geen probleem, maar naar bed gaan, ligt wat moeilijker: er is nog zo veel te doen! Ook in het ziek-zijn komt zijn cholerische temperament naar boven: in enkele uren hoge koorts, maar de volgende dag weer actief als vanouds.
Hem een snaarinstrument aanbieden waarmee hij zijn temperament moet leren beteugelen in het oplettend luisteren naar de zuiverheid van toon en het zorgvuldig hanteren van de strijkstok is aan te bevelen. Hij zal dan kunnen ervaren dat de schoonheid van de muziekbeleving tot stand komt door een beteugelde krachtinspanning.
Beethoven was een cholericus: hij liet zich door niets of niemand onderwerpen, maar door zijn muziek vormde hij zijn temperament om tot een morele kracht en liefde voor de waarheid.

Persoonlijkheid, temperament en karakter zijn drie begrippen die in de psychologie gebruikt worden. Ze worden ingezet om verschillende manieren van voelen en denken te beschrijven, waardoor ze sterk met elkaar in verband staan. Maar de gedeelde overeenkomsten tussen de drie zaaien vaak verwarring bij mensen.

Je kunt de termen persoonlijkheid, temperament en karakter dus op de juiste manier leren gebruiken. Maar voordat we naar de verschillen tussen de drie gaan kijken, moet je onthouden dat temperament en karakter deel uitmaken van persoonlijkheid. Het zijn dus beide fundamentele onderdelen hiervan.

Temperament is het natuurlijke onderdeel van je persoonlijkheid dat uit je genen voortkomt. Het is dus in feite de genetische — ofwel biologische en instinctieve — component hiervan. Sterker nog, het is het gedeelte van onze persoonlijkheid dat zich als eerste zal ontwikkelen en tot uiting zal komen. Omdat het genetisch is en deel uitmaakt van je overgeërfde kenmerken, is temperament moeilijk om aan te passen, te manipuleren of te veranderen. Op de een of andere manier zal temperament er altijd zijn. Dat betekent echter niet dat je niet de moeite kunt doen om je bijvoorbeeld af te zetten tegen bepaalde (nadelige) neigingen.

Karakter: de reflectie van je ervaringen

Dit is een onderdeel van je persoonlijkheid dat zowel temperament (geërfde eigenschappen) in acht neemt als de gedragingen die je hebt aangeleerd. Dat wil zeggen, het is zowel een natuurlijke component van je persoonlijkheid als een aangeleerd component.

Karakter is het deel van jou dat uit je omgeving voortkomt.

Het is ook een resultaat van de ervaringen en sociale interacties in je leven, waar je het een en ander van geleerd hebt. Daardoor oefenen deze gewoontes invloed uit op je temperament en je biologische aanleg. Ze passen deze aanleg ook aan en verfijnen het, waardoor je persoonlijkheid een eigen vorm aanneemt. Karakter heeft zijn wortels dus ook in je cultuur.

Het is niet even stabiel als je temperament. Dat komt doordat het niet genetisch is en zich niet laat blijken in je vroege ontwikkelingsfases. Het kent in feite vele fases en vormt met name tijdens de adolescentie. Daarom kun je hier ook invloed op uitoefenen en hierbij veranderingen aanbrengen — door bijvoorbeeld sociale educatie. Mensen verwarren deze term tegenwoordig vaak met ‘persoonlijkheid’, dus het is heel gewoon dat mensen de twee op identieke wijze gebruiken.

Persoonlijkheid: biologie en omgeving

Persoonlijkheid bestaat uit karakter (temperament en geleerde gewoonten) en je gedragingen. Dit betekent dat het deze beide dingen tegelijkertijd omvat. Dit verband maakt het ook makkelijker om de verschillen tussen persoonlijkheid, temperament en karakter te beschrijven.

Persoonlijkheid kun je dus niet enkel en alleen zien als een product van genetische erfelijkheid. Het is ook een resultaat van de invloeden uit je omgeving. Het is iets dat individuelen onderscheidt, wat betekent dat het typerend is voor elk persoon. Bovendien blijft het langere tijd en onder verschillende omstandigheden stabiel volgens meerdere studies.

Het definiëren persoonlijkheid, temperament en karakter

Binnen de psychologie wordt persoonlijkheid omschreven als een groep emoties, waarnemingen en handelingen die iemands gedragspatronen omvatten. Het is de manier waarop je voelt, denkt en handelt. Het is een groep processen die met elkaar samenwerken, elkaar reguleren en samen een dynamisch systeem vormen. De twee meest gebruikte en geaccepteerde definities binnen de psychologie op het moment, zijn:

‘Persoonlijkheid is de totale som van een organisme’s gedragspatronen (op dit moment of potentieel), bepaald door genetische factoren en omgevingsfactoren’.

‘Persoonlijkheid omvat de typische gedragspatronen (inclusief emoties en gedachten) die de aanpassing van iemand aan levensgebeurtenissen omschrijft’. 

Ze veronderstellen dat er een specifiek patroon bestaat in iedereen dat leidt tot een zekere constantheid in hun gedrag onder vergelijkbare situaties. Er bestaan natuurlijk veel variabelen die zo’n patroon kunnen vormen.

De invloed van sociale interactie

Dat ik een lichte allergie ontwikkelde voor drama, gedoe en onbewustheid kan zijn ontstaan door de aanzienlijke aanwezigheid ervan in mijn jonge jaren. Bovendien resulteerde dat drama in een tekort aan emotionele en fysieke beschikbaarheid en emotionele voeding. Voor het kind dat ik toen was, onontbeerlijk om te gedijen en groeien. Zeker als je het ingrijpende afgestaan zijn bij geboorte en het onbewuste trauma dat dit teweegbracht bij mij als kind meetelt. Om dat te kunnen helen is er warmte, zachtheid en aanwezigheid van invoelende en bewuste ouders nodig. Wat helaas niet gebeurde en er niet was. Dus ik begrijp mijn zwak voor sterke vrouwen maar al te goed. Sterke vrouwen zijn geen slachtoffers. Sterke vrouwen kiezen bewust en overtuigend. Sterke vrouwen brengen inspiratie en brengen iets teweeg. Sterke vrouwen hebben weinig zorg en hulp nodig omdat ze die zichzelf kunnen geven. Sterke vrouwen kunnen zelfreflectief kijken naar zichzelf en anderen. Ze zijn zich bewust van hun eigen gedrag en de uitwerking ervan op anderen. Ze hebben een stuwende kracht om dingen voor elkaar te krijgen. Ze zijn enthousiaste inspiratoren die iets de wereld in kunnen zetten. Daarmee stralen ze licht uit en beïnvloeden hun eigen leven en het leven van anderen.

Los van het feit dat ik de oorsprong van mijn zwak voor sterke vrouwen begrijp, zo begrijp ik ook dat mijn temperament genetisch is. In mijn biologische moeder zag ik mijn temperament niet terug, dus ik moet het van mijn biologische vader geërfd hebben. Helaas heb ik deze mens nooit gekend of ontmoet. Hij zal nu in de tachtig zijn, als hij nog leeft. En een mens is méér dan een verschrikkelijke handeling uit zijn verleden.

Door de opgelopen ontberingen als kind en puber heb ik mij als mens kunnen en ook moeten ontwikkelen tot een sterke vrouw. Ik heb mijzelf ook leren bemoederen: ik zorg goed voor mijzelf en hou mijzelf warm. Ik weet precies wat mij blij maakt en geef mijzelf dat regelmatig. Als ik hulp nodig heb, vraag ik er om. Als ik alleen wil zijn ook. Mijn kwetsbaarheid en gevoeligheid omarm ik en deel ik graag met mensen die mij goed kennen en die ik vertrouw. Mijn kwetsbaarheid is ook een grote bron voor creativiteit. Als sterke vrouw ben ik graag in het gezelschap van sterke vrouwen. Alsof je opgenomen wordt in een roedel van wilde vrouwen. Ik accepteer dat wilde en ongetemde in mijzelf. Het weerhoudt mij er niet van mij te kunnen verbinden vanuit kwetsbaarheid. Maar mijn temperament blijft mij voeden om enthousiast nieuwe werelden te ontdekken en soms zelf nieuwe ideeën en omgevingen te creëren waar mensen kunnen samenkomen om elkaar te vinden en inspireren.

‘Het temperament stroomt door mij heen als een brede rivier die altijd weer op de zee uitkomt. De zee die staat voor ruimte en gevoel!

Voedende contacten

Met de nieuwe media hebben we de mogelijkheid om elke minuut van de dag ‘aan’ te staan. Om duizenden nieuwsberichten voorbij te zien komen. Maar ook om duizenden meningen en mensen met hun verhaal te kunnen lezen en horen. Voor de innerlijke rust is dat vaak niet bevorderlijk. Journalisten en wetenschappers doen onderzoek en proberen een objectief stuk nieuws te brengen, gebaseerd op feiten (als het goed is). Maar mensen smijten soms elke impuls via het internet de ether in. Dat heeft wellicht voor die mens dan opluchting tot gevolg, maar de vraag is of een ander er op zit te wachten en het iets toevoegt. Zeker de berichten die reclame inhouden en via persoonlijke inboxen tot je komen. Maar ook ‘goedbedoelde meningen’ die geen enkele toegevoegde waarde hebben of waar je niet op zit te wachten. In de tijd dat we nog kranten moesten kopen om specifiek nieuws te kunnen lezen, bleven we verschoond van die lavastroom aan meningen en soms nietszeggende uitingen. Dat de mens gezien en gehoord wil worden, is met sociale media wel aangetoond. Maar de ongezonde vormen die het aanneemt, de vergelijkingen en illusies die we voorgeschoteld krijgen vind ik zorgelijk. Op elke openbare plek waar ik kom word ik omringd door mensen die op een telefoonscherm staren. Ik heb dan ook regelmatig mijn telefoon uitstaan. Ik verblijf vaak in de natuur en stilte en ik voel dat dit mij enorm goed doet. Overprikkeling van het brein laat weinig ruimte voor Zijn. Gewoon zitten en niets doen. Laten ontstaan wat geboren wil worden. Of helemaal niets hoeven of willen. Juist in die stille ruimte ontstaan soms de mooiste contacten en verbindingen. Ook uitingen van kunst, dans, inspirerende lezingen, voordrachten en podcasts zijn een uitzondering en een lust voor het brein.

Contacten die vroeger ‘nutcontacten’ waren, omdat er even een gemeenschappelijk doel was, maar nooit werkelijke vriendschappen werden, komen soms nog eens voorbij. En dan is meteen duidelijk waarom het nooit echte vriendschappen zijn geworden. Er bestaan wel degelijk giftige en niet voedende contacten. Gelukkig zijn ze in de minderheid, maar dan nog, ze vergen veel bewustheid, om ze tactisch snel weer uit mijn energiezone te krijgen. Ze voegen niets toe, voeden niet en resoneren op geen enkele wijze. Veel invullingen en aannames die veel zeggen over de gemoedstoestand van de zender. Zelden over mij.

Nu ik in de middenfase van mijn leven ben gekomen, ga ik zeer zorgvuldig met mijn tijd en energie om. De tijd die rest is korter en kostbaarder dan ooit tevoren. Termen als succesvol zijn, het gemaakt hebben, voor elk mens klaarstaan, hebben een andere betekenis gekregen, of beter nog, hun betekenis verloren. Ze werden geopperd door ego. Het zelfgemaakte beeld dat we naargeestig etaleren op sociale media. Ik hoop dat mijn ego miniem aanwezig is in welke uiting dan ook. Mensen die elkaar begrijpen en aanvullen hebben weinig woorden nodig en hebben ook het beste met elkaar voor. In de expressie die mijn taal is hoop ik een betekenisvolle maatschappelijke bijdrage te kunnen leveren.

Er wordt beweerd dat de vijf mensen waar je het meeste mee omgaat, jou sterk beïnvloeden. De afgelopen jaren heb ik afscheid genomen van mensen waarmee ik al meer dan 10, 15 of 20 jaar bevriend was. Ineens kwam ik tot het ontstellende inzicht en het weemoedige gevoel dat ik al een tijdje geen klik meer ervoer, dat vreugde en blijheid waren verdwenen in het contact, en dat er geen sprankeling meer was in energie. Achteraf bezien begrijp ik het verloop van die ontwikkeling maar al te goed. We drijven soms van elkaar af door andere ontwikkelingspaden en ook andere keuzes. Dat we elkaar voeden door energieke aanwezigheid en oprechte betrokkenheid is slechts één deel van het mooie van vriendschappen. Net zoals ik zelf een ontwikkeling doormaak, zo zie ik dat bij de ander ook gebeuren. En niet altijd loopt dat nog synchroon. Mensen kunnen soms vermoeiend worden doordat er geen vooruitgang is in waar ze mee worstelen. Of er is geen zelfreflectie en de plaat blijft tot vervelens toe hangen in dezelfde groef. Dat klinkt natuurlijk niet aardig en zeker niet compassievol maar we zijn niet verantwoordelijk voor het leed dat mensen zelf in stand houden. Ik zie de herhaling en het gebrek aan doorbraak en dat voelt dan als elke dag dezelfde maaltijd voorgezet krijgen. De smaakvervlakking is vervelend, niet lekker en bovenal ongezond. Soms is afscheid nemen zowel liefdevol naar jezelf als liefdevol naar de ander. Je hebt elkaar niets meer te brengen en bent uitgepraat.

Hoe ontstaan voedende contacten? We gaan vaak op zoek of ontmoeten graag mensen die dezelfde interesses hebben. Maar dat volstaat nog niet om het ook voedende contacten te laten zijn. Dat vraagt een andere kwaliteit, namelijk die van op één lijn zitten, een vergelijkbare energie meedragen, een denkniveau dat vergelijkbaar is en een overeenkomstig bewustzijnsniveau. Dus de ontwikkeling moet enigszins gelijk oplopen wat het makkelijk maakt om elkaar te begrijpen en aan te voelen maar ook om elkaar wat te kunnen leren. En daar ontstaat de voeding door: we kunnen door de interactie met de ander iets nieuws leren en iets nieuws over onszelf te weten komen. Ik krijg wel eens te horen van onbekenden waarmee ik korte uitwisseling heb dat ze het contact boeiend vinden. Dat boeiende zit hem dan in het feit dat ze dingen over zichzelf leren in het contact en dat er oprechte aandacht is door mij en dat ik diepgaande vragen stel. Een ervaring die men niet zo vaak meemaakt. Dat is dan het cadeau van de interactie. Maar dat betekent niet dat het contact voor mij dan ook boeiend is want vaak is dat het niet omdat de investering eenzijdig is en men zich graag onderdompelt in de aandacht. En het is aan mij om stil te vallen en ruimte te geven, zodat de ander ook kan komen. Maar ook is het voedende moeilijk omdat er nauwelijks vragen zijn die mij tot denken of voelen aanzetten omdat ze een herhaling blijken van de vragen die ik al vaak en veel aan mijzelf stelde en ik de antwoorden al weet. Er is dan niets nieuws te leren. Er zal dus dieper gegraven moeten worden. Maar die diepte grenst aan het onbegrijpbare voor de meesten. Wederom klinkt dat niet vriendelijk of compassievol, maar wat voor de een voedend kan zijn, kan voor een ander de zoveelste herhaling betekenen. Wat rest is dan gezelligheid, wat vrijwel met elk mens gedeeld kan worden zonder verdere diepgang. En dat maakt het verschil tussen tijdverdrijf en betekenisvol echt contact dat voedt.

Nu begrijp ik dat er mensen zijn die heel tevreden zijn met een gezellig uitje, al is het alleen al om de tijd te doden, het isolement te doorbreken of even wat afleiding te vinden voor de moeilijkheden waar men mee te maken heeft. Maar net zoals een mens kan eten puur om zijn maag te vullen, is er ook een mens die met de ogen dicht een hap neemt van het culinair kunststukje op het bord, de uitzonderlijke passie er in proeft van de gedreven kok, die er z’n ziel en zaligheid in heeft gelegd en met tranen in zijn ogen de dankbare complimenten aanneemt van zijn etende en geraakte gast.

Zo kan het ook zijn met de perceptie over interactie en contact maken met mensen. Dat kan gaan over tijdverdrijf maar ook over de kwaliteit van het contact of de diepte van de onderwerpen of hoe interessant een gesprek voor je is. Het inzicht hierover kan erg verschillen. Mensen kunnen je ontmoeten op het niveau dat ze zichzelf hebben ontmoet of op het niveau dat de emotionele en intellectuele intelligentie is ontwikkeld. Dat we het liefst mensen om ons heen hebben die daarin overeenkomen is vanzelfsprekend. Maar het is niet vanzelfsprekend dat dit voor iedereen makkelijk te vinden is.

Gelijkwaardigheid

Gelijkwaardigheid

De fascinatie voor ontwikkelingsprocessen van de mens heb ik altijd gehad. Vandaar mijn psychologiestudies en het hulpverlenerswerk dat ik lang heb gedaan. Maar ook de keerzijde van die fascinatie heb ik geregeld leren kennen. In privéleven zijn er ook nadelen aan verbonden. De sterke of ontwikkelde vrouw kan aantrekkelijk zijn voor mensen die behoefte hebben aan steun, inspiratie of iemand die ze op sleeptouw neemt of iets voor ze in gang zet. Die gedachte is menselijk maar ligt vaker ver af van gelijkwaardige contacten. Het worden dan nutcontacten: voornamelijk gericht op het nut wat je voor iemand hebt en zolang de ander wordt voorzien in de behoefte, zal het contact blijven bestaan. Zodra de behoefte is vervuld of het doel is bereikt, vervalt het contact. Ik heb er de nodige ervaring in opgedaan in mijn jongere jaren. In die tijd was ik mij niet bewust van het nutcontact wat ik voor de ander bleek te zijn. In professionele context was dat prima, er stond een vergoeding tegenover en ook professioneel bijleren. Privé viel een contact plots weg zodra het doel bereikt was. Mijn naïviteit bleek nogal aanwezig. Ik was al vroeg een initiator en inspirator en werd daar zeer bedreven in. Dat ik regelmatig werd benaderd door anderen om iets in gang te zetten begreep ik. Echter dat ik daardoor zelf niet aan bod kwam ontging me lang, tot ik de dynamiek doorkreeg. Dat was een gezond kantelpunt dat de weg vrijmaakte voor alertheid en de noodzaak en behoefte om gelijkwaardige contacten en relaties aan te gaan. Die dynamiek van gever, kartrekker en initiator kende ik natuurlijk uit mijn vroegste kinderjaren. Ik leerde al zeer vroeg om alles uit mijzelf te moeten halen. Dan kun je anderen ook veel geven. Dat trekt ook halers aan. Het wordt een valkuil, indien de verhoudingen scheef groeien. Er was teveel scheefgroei en dat laat ik tegenwoordig niet meer gebeuren.

Tegenwoordig word ik nog wel eens benaderd, zij het minder dan vroeger omdat mijn energie kritischer en kieskeuriger is geworden, maar ook romantische of seksuele verzoeken komen wel eens voorbij. Niets menselijks is mij vreemd, echter het blijft verbazingwekkend dat mensen nogal eens een nauw bewustzijn hebben, waardoor ze geen enkel moment stilstaan bij wie ik ben en of dat voor mij überhaupt interessant is. Ik ben zeer uitgesproken en helder in mijn zienswijze en levensvisie, en steek die niet onder stoelen of banken, dus indien je je daarin verdiept, kun je een duidelijk idee krijgen over waar ik vandaan kom, hoe ik in het leven sta. Mijn boeken getuigen daarvan, maar ook mijn gedichten, publicaties en muziek. Dat ik hou van boeiend, interessant, schoonheid, intelligentie, ontwikkeld, vrijheid, licht, avontuur en gelijkwaardigheid, heeft niet slechts met levensvisie en ontwikkeling te maken, maar verplaatst zich tevens naar contacten, vriendschappen en ook naar het gebied van de liefde. Voor mensen die dat aanmatigend vinden klinken, kan ik slechts zeggen dat de waarde en schoonheid van het Leven dat meer dan verdient.

Dat mensen overeenkomstig hun persoonlijk niveau van bewustzijn en emotionele rijpheid en intelligentie denken en handelen, begrijp ik. Dat is geen waardeoordeel maar heeft wel invloed op de slagingskans om tot gelijkwaardigheid te komen. Dat dit niet vanuit ijdelheid of arrogantie is bedoeld, moge duidelijk zijn. Het is wonderschoon als die diepgaande elementen resoneren met een ander. Iets dat een zeldzaamheid is, maar meteen herkend wordt zodra het ontstaat. En is het niet zo dat we allemaal werkelijk gehoord, gezien en begrepen willen worden? Dat groei vraagt om uitdagingen, grenzen verleggen en nieuwe ervaringen opdoen, kan niet ontkend worden. Dat is iets dat ik als kind al wist. Als volwassene hou ik mij er zeer nauwlettend mee bezig, met groei. Elk moment, elke gelegenheid die voorbij komt, waardoor ik zou kunnen groeien als mens, pak ik aan en omarm ik. Dat betekent vooral VOORUIT leven, en niet achteruit stappen. Vanuit dat vooruit leven neem ik soms bewust afstand van wat stagnatie zou opleveren. Vandaar dat ik ook met enige regelmaat kies voor nieuwe ideeën, nieuwe initiatieven, nieuwe omgevingen, nieuwe kansen, nieuwe contacten, nieuwe inzichten, nieuwe ontwikkelingen. Die creëer ik ook vaak zelf. Door te schrijven, door oproepen, door uit te reiken, door te lezen, door te onderzoeken, door te studeren, door moedig te zijn.

Van gelijke waarde is wat gelijkwaardigheid betekent. Doortrekkend zou dat betekenen dat er gelijke inbreng is, dat er wederkerigheid is, dat de waarde (ring) voor elkaar gelijk is, dat er een vergelijkbaar denkniveau is, dat de ontwikkeling gelijk oploopt, dat er balans is in geven en ontvangen. Gelijkwaardigheid is wat mij betreft voorwaarde om in intermenselijke relaties te kunnen groeien en vooral inspirerend voor elkaar te kunnen zijn. Een beetje als het zonlicht dat naar binnen schijnt en de ruimte verlicht en verwarmt tegelijk. Stel dat we dat voor elkaar kunnen betekenen? Zou dat niet waanzinnig zijn?

Ik hoop op een grote toename van gelijkwaardigheid in veel opzichten!

Het zachte & vrije

De laatste jaren ben ik steeds meer bezig om mij te verdiepen in spiritualiteit, non-dualiteit en boeddhisme, taoïsme en hindoeïsme.

Wat al deze stromingen, methoden en filosofieën gemeenschappelijk hebben is dat ze gericht zijn op mogelijkheden vinden en creeren om het menselijk lijden te verlichten of te stoppen. Onze menselijke disbalans, vaak door beoordelingen en concepten waar we in zijn gaan geloven, en waar we aan denken te moeten voldoen, liggen ten grondslag aan ons lijden. Het lijden wordt voor tweederde gecreëerd door ons eigen denken, door ons brein. Dat is zowel een collectieve erfenis, want het brein is al erg oud, en de evolutie van de mens komt terug in de manier waarop ons brein functioneert en ook een genetische en biologische. Onze instincten en primitieve reacties komen voort uit de evolutie van dat brein. Ons menselijke bewustzijn is nog niet zo oud als die oeroude instincten. Dus vaak begrijpen wij nog niet waarom we doen zoals we doen en voelen zoals we voelen. En worden we ‘onbewust belast’ met het collectieve van onze cultuur, ouders en voorouders.

Onze zelfreflectie komt vaak pas in actie als we structureel vastlopen en de bodem hebben geraakt. De bodem van ons eigen bestaan wel te verstaan. Want de visie die we op onszelf hebben en op ons leven, wordt ons bijgebracht vanaf onze geboorte. Hoewel het moment van geboorte, het moment is dat we heel zijn, puur zijn en nog geen concept over onszelf of de wereld hebben. De blik van een baby is open en zonder IK. De blik van een dier is dat ook, omdat het dier onder het bewustzijn leeft en geen concept van een IK heeft dus beiden ervaren niet aan iets te hoeven voldoen.

Juist doordat we het concept van een IK en Persoonlijkheid ontwikkelen en we ons met van alles en nog wat ‘identificeren’, begint de ellende voor velen. Juist de identificatie met wat we denken te moeten zijn, veroorzaakt disbalans en afwezigheid van harmonie. We worden ook door de maatschappij en onze medemens gespiegeld in wat maatschappelijk wenselijk en verantwoord is, wat de norm is voor de meesten en wat we cultureel leren over wat succesvol is en wat niet. Dat meten we aan de hand van allerlei factoren die materieel zijn of aanzien geven. Velen weten als ze wat verder in hun leven zijn dat al die concepten niets zeggen over wie wij ten diepste zijn. Juist het vastklampen aan concepten creëert chaos en ellende. Wat die IK bestaat niet. We hebben die ‘droom van een IK’ zelf bedacht. En hoe sterker we ons identificeren met die ‘bedachte IK’, hoe meer stress we ervaren als het ons niet lukt om die IK te creëren. We bouwen onze eigen gevangenis door te geloven in de noodzaak van een ‘IK’. Maar die noodzaak is er helemaal niet.

Hoewel de psychologie gebruik maakt van het bouwen van ‘IK-sterkte’ om meer stevigheid en balans in iemand te bewerkstelligen, zo maken de eerdergenoemde stromingen juist gebruik van het loslaten van ‘IK-sterkte’ omdat deze helemaal niet nodig is voor harmonie. Een ‘IK-sterkte’ is slechts nodig als je gelooft in een IK. Binnen de maatschappij waar het bewustwordingsproces over deze zaken beperkt aanwezig is, en bij een kleinere groep, is men vooral bezig met het bouwen van een IK (ego-creatie). Maar vooral het bouwen van dit imaginaire IK brengt geen harmonie. Dit komt tot uiting zodra we die harmonie niet bereiken door alle uiterlijke manifestaties van het IK wel te hebben bereikt. We zijn dan het verst verwijderd geraakt van onze puurste kern.

Ook de afwezigheid van weerstand en conflict in jou en je leven is een mooie graadmeter voor de mate van harmonie met jezelf en de afstemming van jezelf op een leven dat bij jou past.

Steeds vaker probeer ik aanwezig te zijn in het moment en niets van mijzelf of anderen te verwachten. Hoewel we allemaal worden opgevoed met carrière maken, plannen smeden, je dromen verwezenlijken, trouwen en een gezin stichten, blijken dit concepten die veel stress bij velen oproepen. Want is het wel je diepste verlangen om dit allemaal te moeten bereiken? Of wil je tegemoetkomen aan al die verwachtingen die jou dagelijks bereiken door collega’s, vrienden, familie, partner en kinderen, dat je het idee hebt dat je geen vrije wil hebt en je moet voldoen aan al die maatschappelijke verwachtingen?

Wanneer voelen we ons het meest vrij en kunnen we gewoon Zijn?

Deze vraag heb ik mijzelf regelmatig gesteld terwijl ik diverse nieuwe richtingen in mijn leven nam. Ik weet dat relaties er zijn om je te laten ontwikkelen en groeien naar het diepste in jezelf, naar het pure, naar de diepste waarheid van jou. En die diepste waarheid, daar gehoor aan geven. Wat ons vrij maakt is vaak gerelateerd aan acceptatie over onszelf. Dat heeft veelal te maken met niet bijleren  maar afleren, beoordelingen vergeten en loslaten, naar binnen kijken en niet meer naar buiten grijpen.

Wat ook vrij maakt ligt in het verlengde van onze natuurlijke staat. We hebben vaak veel ellende nodig om onze natuurlijke staat te leren kennen. En vanuit die natuurlijke staat ontstaan er uitingen die overeenkomen met onze diepste waarheid. Die uitingen ontstaan natuurlijk en kosten ons geen moeite omdat ze verbonden zijn met onze natuur. De natuur waar we van afgedreven zijn als opgroeiend kind, door wat we zijn gaan geloven, over concepten, een IK, een ego, een persoonlijkheid en verleden. Dat opgedrongen geloof heeft ons onvrij gemaakt, bracht ons stress, teleurstellingen en daardoor hebben we ons afgescheiden gevoeld van onze pure kern, onze werkelijke natuur. Zodra we dat proces begrijpen, het proces van terugkeren naar je natuurlijke staat, wordt het leven licht en vrij. Ontstaat er zachtheid in ons hart en kunnen we ook met zachtheid naar de wereld kijken.

Elke pijnlijke ervaring was er om je te helen. Elk conflict was er om je bij harmonie te brengen. Elk verlies was er om je bij jouw eigen heelheid te brengen. Elke verslaving was er om je bij je eigen volheid te brengen. Elke ziekte was er om je bij jouw genezing te brengen. Elke verloren liefde was er om je bij jouw eigen liefde te brengen. Elke vergissing was er om je bij wijsheid te brengen. Elk donker was er om je bij jouw licht te brengen. Elke leegte was er om je bij je eigen ruimte te brengen. Alles gebeurde omdat het moest gebeuren omdat je zocht naar jouw innerlijke vrijheid. Zoals die aanwezig was toen je geboren werd, zonder concepten en een IK. Elke reflectie die pijnlijk was bracht je bij de ontdekking van je zelfsabotage en ontkenning. De grootste ontkenning brengt ons bij de ontdekking van onze natuurlijke staat. Onze natuur die stroomt zodra we ons bevrijden van alles wat we onszelf hebben opgelegd. Dat zachte, dat vrije, is wie we werkelijk zijn.

De evolutie van de mens

De tijd raakt op. Het leven is kort. De lont wordt korter. Geduld ook. Zinloos gezwets over niets kan niet meer bekoren. Dat heeft het eigenlijk nooit. Ik heb altijd geweten dat er een diepere betekenis van bestaansrecht is. Maar de laatste tijd neig ik ernaar om mijzelf en dat leven minder serieus te nemen. Te laten gebeuren wat er zal gebeuren. Hoewel ik bij vlagen mij verantwoordelijk voel en het idee heb een goed voorbeeld te moeten leven. Mensen blijven fascinerende wezens en soms ook weer niet. Grote filosofen vertelden ooit dat je je beter op een passie kunt richten als levensbestemming, dan er op vertrouwen dat mensen je leven inhoud en zin geven. Mensen zijn veranderlijk en wat eens hemels was, kan soms veranderen in een hel. Vaak ligt waar we vandaan komen daar ten grondslag aan. We zijn namelijk wezens van onbewuste herhaling. En we herhalen soms het leed wat we zelf als kind moesten ervaren door het ontberen van menselijke warmte en ontwikkeld bewustzijn. En hoewel er aanzienlijke groepen aan het wakker worden zijn, maakt de mens er soms ook nog een behoorlijk zootje van met oorlog, haat en destructie als symptoom voor het gebrek aan eigenliefde, dat verpakt wordt als haat of minachting naar anderen, omdat we het vertrouwen hebben verloren of geloven het goede niet waard te zijn. Maar niets is minder waar: dat goede verdient een ieder.

Hoe is het mogelijk dat we al duizenden jaren evolueren als mens en dat de technologie enorme stappen heeft gezet maar het menselijk brein nog steeds zoveel lijdt en misère veroorzaakt en eigenlijk in die duizenden jaren nog vaak zeer primitief denkt en overeenkomstig handelt. Hoewel we onszelf graag beschaafd noemen en inderdaad betere manieren hebben ontwikkeld dan in de middeleeuwen gebruikelijk was, blijft de vraag nog steeds naar boven komen hoe het dan nog mogelijk is dat er nog steeds zoveel ongelijkheid, destructie en leed is binnen het menselijk ras. We mogen dan afstammen van de aap uit Afrika, en denkende en bewuste primaten zijn, toch iets in ons DNA en brein is er verantwoordelijk voor dat we regelmatig nog primitief denken en handelen, en weliswaar ons handelen verfijnder verpakken, maar de grondhouding nog te vaak is gericht op overleven, macht uitoefenen en er zelf beter van worden, ongeacht de consequenties voor andere mensen, de aarde, de natuur en alles wat op een natuurlijke wijze is ontstaan.

Evolutie is afhankelijk van diverse factoren. Je kunt ontwikkelen door passie of door lijden. Door passie is gericht op een sterke liefde voor iets, de tweede het lijden komt voort uit angst voor iets. Onze opleiding in bewustzijn is zowel een biologisch als genetisch verhaal maar wordt ook sterk beinvloed door met wie wij omgeven worden en wat we dan zien. Een zeer bewuste en ontwikkelde ouder, zal het kind ook die bewustheid en ontwikkeling meegeven, dat wordt als het ware voorgeleefd en doorgegeven. Maar ook het onderwijs dat we genieten zou een nieuwe impuls kunnen geven aan de ontwikkeling van ons bewustzijn. Ik pleit ervoor dat er klassen komen voor emotionele intelligentie, voor de ontwikkeling van empathie en begrip maar ook onderwijzen in hoe we onze sociale vaardigheden kunnen ontwikkelen. Uiteindelijk zijn dat de elementen die bepalen of wij in sociaal opzicht aansluiting vinden bij anderen. Een rijk sociaal leven maakt mensen vaak gelukkig. Maar sommigen vinden dat niet omdat ze zich niet bewust zijn van de energie die ze uitstralen, een onderstroom van wantrouwen in de mens, door opgelopen teleurstelling in het verleden, wat ze met zich meedragen. Wat je gelooft, manifesteer je. Ook als je wens een hele andere is. Je onzichtbare energie trekt aan of stoot af.

Soms verbaast het mij dat mensen (nog) niet zien dat ze hun tevredenheid zelf saboteren. The selffulfilling prophecy ontgaat hen. Waar je je niet bewust van bent, valt niet te vernieuwen. Ook de ogenschijnlijk normatieve overtuiging dat een leven zonder relatie geen normaal leven is of leidt tot een eeuwigdurende eenzaamheid, blijft mij verbazen. Het betekent dat de mens ervan uitgaat een intieme relatie nodig te hebben om gelukkig te zijn en daarmee wordt de verantwoordelijkheid voor dat geluk vaak uitbesteed aan een ander, met alle gevolgen van dien, omdat elk mens die vaardigheid zelf zal moeten ontwikkelen om tot gezonde en gelijkwaardige relaties te komen die niet gebaseerd zijn op ongezonde afhankelijkheid en disfunctionele dynamieken. Daarentegen staat dat juist in het aangaan van relaties wij onze eigen issues en pijnpunten vooral tegenkomen om deze op te lossen, mits we het bewustzijn ontwikkelen om opmerkzaam te zijn over ons eigen aandeel en handelen en wat we zelf nog moeten doen om een tevreden mens te worden die niet meer lijdt, door het verleden los te laten en te verwerken en uitsluitend in het Nu te zijn.

De basis voor dat gelukkige leven wordt gevormd door de relatie die wij onderhouden met onszelf. Er wordt heel jong al van alles in ons gestopt aan verwachtingen en projecties van ouders/opvoeders, onbewuste signalen die wij oppikken van de energie van deze zielen. Daar vormen wij ons zelfbeeld mee en daarmee ontwikkelen wij onze overtuigingen, die weer leiden tot ons gedrag dat een uitkomst heeft die wij ‘verwachten’. Die uitkomst kan zowel donker als licht gekleurd zijn. Wij creëren immers onze eigen werkelijkheid. Die werkelijkheid wordt gevuld met het bouwen van een ‘identiteit’. Het bedenksel dat ego heet, de illusie waarmee wij ons dagelijks bestaan vorm geven. Dat kan alleen maar tot teleurstellingen leiden omdat we iets bouwen en vasthouden dat helemaal niet bestaat maar dat we zelf verzinnen.

Spiritualiteit en non-dualiteit keren zich af van die bedachte werkelijkheid en alle begrippen als ego, identiteit, goed en slecht, waarheid en leugen, verleden en toekomst, mannelijk en vrouwelijk, heteroseksualiteit en homoseksualiteit, succesvol en falen. Het is één grote bedachte illusie van ons geconditioneerde brein. De menselijke conditie is er een van lijden omdat we geloven in die uitputtende illusies. Maar daar worden we mee opgeleid als we als kind opgroeien. Dus de evolutie van de mens kan alleen grote sprongen maken als onze ‘opleiders’ bewuste mensen worden en vrije denkers die de werkelijkheid echt zien zoals zij is. Ik vrees dat we nog wel even onderweg zijn voordat het zover is.

Eenvoud

Gisteren zag ik een documentaire over hoe wij door sociale media en sociale platforms worden geanalyseerd zodat men ons kan beinvloeden of manipuleren om dat te doen wat een grotere partij of persoon wil van ons om er zelf beter van te worden. Beangstigend en alertheid gevraagd. Ik ben steeds minder op sociale media en steeds meer in de natuur. Onbewust consumeren en met dichte ogen denken te kijken is niet aan mij besteed.

De dagen dat ik heel Nederland rondreed om iets na te jagen of mensen te ontmoeten die ik dacht te moeten vinden, zijn voorbij. Niet uit ongeïnteresseerdheid maar ontwikkeling vraagt leren van levenslessen en vooral openstaan voor nieuwe ervaringen die het bewustzijn oprekken. Het is niet buiten ons te vinden en het is niet te vinden in allerlei materialistische vormen zoals een huis, auto, geld, uiterlijk of aanzien. Dat is de gebakken lucht die vervliegt bij elke hap adem die we echt bewust nemen. Soms een pantser voor de innerlijke leegte of herinnering die ons zo kwetste die we voor eeuwig buiten de deur willen houden. We denken te zijn wat we bezitten of kunnen laten zien. Volgens mij is er aan de oppervlakte weinig te vinden dat ons werkelijk gelukkig maakt.

Waar gaat het dan wel om?

Eenvoud. Dat wat er elke dag is, wat zich vanzelf vernieuwd. De zon die opkomt, de gloed die ze verspreid over het landschap, de geur van vers gemaaid gras, de stilte die ons vergezeld als we rondlopen in natuurpracht, de dauwdruppels aan ranke bomen, de muziek van vogels die vliegen naar nieuwe oorden, de aanblik van twee zwanen die elk jaar terugkomen, de fenomenale luchten die openbreken en van pasteltinten verkleuren naar intense diepe gloed van heftig paar en rood, de tranen op wangen door geraaktheid, het spetteren van water uit fonteinen en watervallen, de terugkerende beweging van golven, een knipoog van vertrouwdheid en een gebaar zonder eis, de egoloze aandacht en zorgeloosheid van hond en kat, een knuffel die afstand verkleint en zorgen wegneemt, de blijheid en heelheid van een pasgeborene, de stilzwijgende verbondenheid tussen twee zielen, het open gesprek dat ons laat voelen dat we gehoord en gezien worden, de moedige stap die ons dichter bij onszelf brengt, de schoonheid die we ontdekken in onszelf en een ander.

Die eenvoud, daar gaat het volgens mij om in een leven dat we slechts eenmaal kunnen leven. Vandaar dat ik pleit voor bewustheid en zorgvuldige keuzes en doordacht handelen. Als we onze patronen van ziekte of dwang herkennen, dan kunnen we er afstand van nemen. De zachte tederheid in ons hart wordt er door vrijgemaakt. We hoeven niet mijlenver te reizen om te ontdekken waar het werkelijk om gaat. Verlies laat ons vaak zien waar het echt om gaat. Als we diep vallen dan kunnen we uiteindelijk onze eigen diepte leren kennen of onze angst om die diepte te ervaren. Indien we onszelf vragen durven te stellen die er toe doen, dan komen we bij antwoorden die ons dichter bij eenvoud brengen. De eenvoud die wij zelf ook zijn ook al maken we het onszelf vaak moeilijk en complex. De veroordeling die we over een ander vellen is de veroordeling over onszelf. Ik ben niet wie jij denkt dat ik ben, jij bent wie jij denkt dat ik ben. De ander is altijd de spiegel voor ons eigen ongemak of triggert de ervaring die we liever vergeten.

Onze conditionering is te deconditioneren. Zodra we menselijke processen willen begrijpen neemt de rust en tevredenheid in ons eigen proces van verandering toe. De complexiteit waarmee we ons leven soms voortslepen, heeft te maken met onze overtuiging dat we onszelf moeten verbeteren, dat we het beste uit onszelf moeten halen, dat we iemand moeten zijn om waardering en aandacht te verdienen. En daar gaat zoveel energie mee verloren omdat het ons meer frustratie oplevert dan dat het bijdraagt aan onze levensvreugde. Want we zijn al goed zoals we zijn. Sta maar stil. De zin van ons leven ontstaat door te Zijn. Bij eenvoud begint de harmonie. Niet met wat we met de paplepel krijgen gevoerd, dat we van alles moeten. Want Zijn moet niets. De energie die wij Zijn zit in alles wat natuurlijk is. Zodra we daar verbinding mee maken, komt wat bedoeld is vanzelf bovendrijven, zonder overmatige inspanning.

Eenvoud. Het lijkt een woord dat ontdaan is van elke inspanning. Maar indien wij ons inspannen voor iets dat natuurlijk voor ons is, dan ervaren wij geen inspanning. Wat vanzelf gaat, hoort bij ons. Wat niet voor ons bestemd is wordt een gevecht. En gevechten leiden zelden tot harmonie en tevredenheid. Het gevecht dat we soms met onszelf aangaan, ontneemt ons levensvreugde maar is geworteld in onze wens naar levensvreugde maar ons onvermogen om dat te voelen. Maar het voelen van levensvreugde is heel dichtbij. Het wordt vrijgemaakt door het loslaten van elke verwachting die wij over onszelf hebben of over een ander. Door niet meer terug te kijken en niet terug te grijpen naar het verleden. Door niet bezig te zijn met de toekomst, die zich uiteindelijk altijd als het Heden presenteert. Dus indien je in het moment leeft, hoef je je niet met een verre toekomst bezig te houden en kun je je volledig focussen op alles wat er nu is.

Eenvoud. Toen ik nog van Maastricht tot Groningen altijd onderweg was of op podia stond en muziek maakte en in de meest uiteenlopende uitgaansgelegenheden het avontuur zocht, of hordes mensen ontmoette op zoek naar de liefde of een vriendschap of grote groepen mensen met elkaar wilde verbinden, was ik niet bezig met het moment of eenvoud. Ik was op zoek naar iets dat nog niet helder voor mij was. Dat nog met onrust en verlangen te maken had. Dat proces van gewaarwording had tijd nodig en veel ervaringen opdoen die mij rijpten als mens om rust en harmonie in mij te vinden. Eenvoud brengt mij die rust en harmonie. Het zetelt in een innerlijk weten dat de bron voor levensvreugde in mij zit. Eenvoud is stilstaan bij het leven, bij je eigen levenshouding. Bij wat je anderen wilt brengen en wat je jezelf wilt geven. En soms is dat geven gebaseerd op toelaten dat je een wens hebt die ook door en met een ander vervuld kan worden. Gewoon omdat delen vermenigvuldigt en nog meer levensvreugde brengt.

Erotische intelligentie

Veel langdurige relaties verliezen hun kracht en aantrekking doordat de nieuwsgierigheid en oprechte aandacht voor elkaar afneemt of verdwijnt. Opgeslokt door de dagelijkse routine. Het heeft veel te maken met de vanzelfsprekendheid en sleur die vaak ontstaat omdat we dag in dag uit elkaar tegenkomen maar elkaar soms niet meer echt opmerken en langs elkaar heen leven. Want aantrekking en bewondering ervaren we als er ook ruimte tussen ons is. Als we naar elkaar kunnen kijken van een afstand, als we de ander zien stralen, als we kunnen verlangen, elkaar kunnen missen en elkaar ‘willen’. Als er nog wat mysterie is en we elkaar graag willen ontdekken en elkaar nog niet ‘hebben’. Zodra we veel zekerheid en commitment hebben gecreëerd en dat doen we vaak door contracten af te sluiten en elkaar te beloven altijd bij elkaar te blijven, dan sijpelt geleidelijk het verlangen en de hartstocht weg. Een goede balans tussen ontdekken, nieuwsgierigheid en mysterie en vertrouwdheid, geborgenheid en zekerheid is dan verdwenen. Want we hebben gekozen voor zekerheid en die smoort verlangen. Relaties maken verschillende fasen door maar het verlies van hartstocht en verlangen kan wat mij betreft worden verminderd en wellicht zelfs worden vermeden als we voldoende eigen ruimte bewaren en geregeld samenkomen maar ook weer op onszelf zijn. De lat-relatie is sterk in opkomst binnen onze samenleving omdat de traditionele vorm van permanent samenleven haar aantrekkelijkheid voor een groeiende groep lijkt te hebben verloren. Sprookjes bestaan niet en als we maar lang en vaak samenzijn dan ontdekken we dat elk mens mooie en vervelende kanten heeft, net zoals wij die hebben. De dynamiek tussen twee mensen wordt bepaalt door wat we beide meenemen in de relatie en wat we verwachten van de ander. Sommige combinaties raken nog veel oud zeer aan of we slapen in door de vertrouwdheid en worden broer of zus van elkaar. Of we komen in een kindrol terecht of worden de ouder. En niemand wil met een kind of vader/moeder in bed liggen. Waardering voor elkaar blijft intact als we elkaar niet als vanzelfsprekendheid beschouwen en dat gebeurt minder snel als we ruimte laten om over elkaar na te denken, te dromen en elkaar oprecht te missen. Bovendien moeten we er van uitgaan dat we niemand ‘hebben’ of ‘bezitten’. Elk mens kan op elk moment iets anders beslissen of weggaan. Hoeveel afhankelijkheden we ook creeren om de ander bij ons te houden en hoeveel contracten we ook afsluiten, mensen vertrekken emotioneel of fysiek als ze niet meer gehoord en gezien worden en de glans in hun ogen is verdwenen. Dus als we ruimte laten en nemen om te verlangen en te missen, dan zou onze erotische aantrekking wel eens heel lang kunnen voortleven. En die erotische aantrekking is niet slechts op seks gericht, het is gericht op hartstochtelijk bij iemand willen zijn en oprecht geinteresseerd in iemand zijn.

De trekkracht van de behoefte aan commitment óf vrijheid leren we vaak vrij vroeg in ons leven. We zien het bij onze ouders/opvoeders die hun voorbeeld doorgeven. En wij volgen of verwerpen dat voorbeeld als het ons blij of ongelukkig maakte. Of we zien het om ons heen als we als pubers onze eigen visie proberen te ontwikkelen over wie we zijn en hoe we ons willen verhouden tot elkaar in onze liefdesrelatie. Als we met veel onveiligheid zijn opgegroeid en ons zelfbeeld niet positief is gekleurd dan ontwikkelen we vaak een verlangen naar iemand die voor ons zorgt en ons wel veiligheid biedt en van ons houdt. Uiteindelijk zijn dat relaties die ons leren dat we de veiligheid in onszelf moeten bouwen omdat we vaak iemand uitkiezen die ons dat ook niet kan geven en wij de dynamiek herhalen waar we in opgegroeid zijn. Bij overmatig de vrijheid nastreven zijn we vaak verstikt en klem komen zitten tijdens het belangrijke proces van opgroeien. We zijn niet aan onszelf toegekomen omdat we al vroeg verantwoordelijk werden gehouden voor de vervulling van behoeften van ouders/opvoeders of zussen/broers. Datzelfde beklemmende gevoel willen we dan heel graag vermijden als we intieme relaties aangaan maar soms schieten we door en komen uiteindelijk er niet toe om een werkelijke verbinding langdurig aan te gaan. Het ontdekken van dat patroon is een goede stap om er anders mee om te gaan. Mijn huidige behoefte aan meer vrijheid dan commitment komt voort uit die verstikkende en gespannen tijd als kind en nog moeten leren wat een gezonde gehechtheid is. Bovendien is mijn karakter leergierig en avontuurlijk en door het ontwikkelen van eigenliefde en eigenwaarde is dat niet meer nodig van een ander maar vormt het een fijne aanvulling. Dat is een heel ander uitgangspunt dan de ervaringen die ik nodig had om tot dat gevoel te komen.

Met mijn eerste vrouwelijke geliefde die ik ontmoette in 1999 danste ik ongelooflijk sexy in alle uitgaansgelegenheden van Groningen tot Maastricht en had spannende momenten met haar op toiletten en in de ruige natuur, variërend van weilanden tot achterbanken in snelle auto’s. Ontegenzeglijk erotisch opwindend en altijd onverwachts en geen moment was het saai. Zolang er een afstand tussen ons was en we ons best moesten doen om elkaar te kunnen zien, bleef die erotische lading aanwezig. Op het moment dat ik meer zekerheid en commitment wilde ging het fout. Ze kon zich emotioneel niet overgeven en binden en had veel prikkels nodig om geamuseerd te blijven. Haar FOMO, fear of missing out, was hardnekkig. Ik geloof dat ze nooit volwassen wilde worden. Op basis van waar ze vandaan komt en haar geschiedenis, begrijp ik dat heel goed en vandaag de dag is ze nog steeds die niet te temmen vrouw die vooral lol wil maken, stoer is en haar eigen zin doet, omringd door felle lichten, opzwepende muziek, snelle auto’s en een hoop uiterlijk vertoon. Maar deze spannende ervaringen met haar had ik niet willen missen. Ik leerde mijzelf erg goed kennen door de relatie met haar. Uiteindelijk trouwde ik in 2003 met mijzelf, toen haar heimelijk vreemdgaan aan het licht kwam. Ze had mij geen betere levensles kunnen geven, waardoor ik eindelijk trouw aan mijzelf leerde zijn.

Met mijn tweede vrouwelijke geliefde in 2005 kwam ik in een kunstenaarswereld terecht, waar beelden centraal stonden en we weinig praatten maar veel onstuimige stiekeme encounters hadden aan zee, omdat ze nog uit een ander relationeel verhaal moest stappen. Ze had eigenlijk altijd een relatie gehad, en stapte van het ene in het andere. We pasten qua karakter en hoe we in het leven staan niet bij elkaar, maar de eerste maanden waren spannend en opwindend. Ze was moeilijk te peilen en bleef daardoor lang mysterieus, wat de hartstocht ten goede kwam maar ik hoopte op verdieping en diepte, maar dat was er niet. Ze kon zich fantastisch in haar kunst uitdrukken maar niet in communicatie met mij. En dansen zonder muziek wordt ook een eenzame stuurloze dans, net als hartstocht die zonder diepere hartverbinding wordt geleefd. Ik nam afscheid en leerde het verschil tussen fysieke aantrekking en wezenlijke verbinding daardoor heel goed kennen.

Met mijn derde vrouwelijke geliefde in 2011 kwam ik terecht in de diepere emotionele verbondenheid. Het resoneren in gevoelslagen was groots. Hier vond ik die wezenlijke verbinding. Ze sprak dezelfde taal door onze gemeenschappelijke liefde voor psychologie maar bleek gevoelsmatig nog vrij jong in ontwikkeling, was introvert en soms nog kinderlijk naïef. Op basis van waar ze vandaan kwam en hoe ze was opgevoed begreep ik dat achteraf heel goed. Het leek meer op een moeder-kind verhouding en dat zijn nooit gelijkwaardige relaties waarin er voor beide wat te halen is. En ze gunde mij ook iemand die een stevige basis in zichzelf had. Met pijn in mijn hart namen we afscheid. Maar ik wist nu wel wat echte verbondenheid betekende.

Als we een geliefde uitkiezen, kiezen we ook voor een levensverhaal. Haar levensverhaal met alle hoogtepunten, dieptepunten en haken en ogen. En ons eigen levensverhaal met alle bagage en bijwerkingen. Het is de vraag of die twee levensverhalen en alle overtuigingen die daaruit voortkomen positief op elkaar kunnen inwerken. Een geliefde is nooit van ons. We krijgen haar slechts te leen en soms is dat kort en soms langer.

Ik pleit ervoor om het mysterie in stand te houden en een eigen ruimte, letterlijk en figuurlijk, te behouden om die erotische aantrekking voor elkaar te kunnen blijven voelen. En dan bedoel ik niet slechts een seksuele lading, maar vooral de aantrekking die we ervaren als de ander straalt en haar eigen ding doet. Dat we na jaren nog steeds nieuwsgierig kunnen zijn naar iemands gedachten en beleving. Daar is naast nabijheid ook afstand voor nodig en een brug om telkens over te moeten steken om de ander te kunnen bereiken en zien. Dat is de wijze waarop ik de liefde en geliefde wil eren. Niet om onbereikbaar te zijn maar om met nieuwsgierigheid in elkaars ogen te willen blijven kijken en de ander nooit als vanzelfsprekend te gaan ervaren. Juist dat speels balanceren tussen nabijheid en afstand schept een band die sprankelend blijft.

Moeiteloos niets doen

‘Zomaar niets doen en dan gebeurt er toch van alles’. Het stond in een boek dat ik tien jaar geleden van iemand cadeau kreeg. De kunst van het nietsdoen. Toen was ik nog helemaal niet toe aan nietsdoen. Laat staan dat ik wilde begrijpen waar de essentie om ging.

Nu weet ik dat wel. Nooit gedacht dat ik dat ontwikkelpunt zou bereiken. Maar eerlijk gezegd is er geen actieve inspanning voor nodig geweest om dat inzicht te krijgen. Wat er nodig was, was enorm bewegen en veel inspanning leveren voor een doel en zien dat het niet leidde tot de gewenste vooruitgang. Sterker nog, de realisatie dat wat ik toen wenste helemaal niet meer is wat ik wens. Wat ik dacht nodig te hebben, helemaal niet nodig is. Boeddhisten noemen het: hechten en verlangen vaarwel zeggen. Want het drong tot mij door dat alles wat ik werkelijk nodig heb, er gewoon is. En dat het ‘niet hebben’ veel vrijheid brengt. Juist die overgang van ‘Hebben’ naar ‘Zijn’ bleek voor mij de meest waardevolle.

De onzekere of verlatingsangstige mens is gericht op zekerheden najagen. Zekerheden die na ingrijpende ervaringen geen zekerheden blijken te zijn. En waarom waren ze nodig? Omdat het zo hoort of omdat we zorg nodig hebben?

Zomaar niets doen en dan gebeurt er toch van alles. Het klinkt als het weer dat doet waar het zin in heeft. Het gebeurt en we hebben er geen invloed op en kunnen ons er enkel bij neerleggen. Veel leed en strijd eindigt als we ons afstemmen op wat is. We zeggen vaak ‘het is wat het is’ maar dat komt pas uit onze mond als we alles hebben geprobeerd om iets te bewerkstelligen. Sommige situaties zijn niet te beïnvloeden, mensen ook niet. Mensen doen wat ze doen. We hebben alleen invloed als mensen afhankelijk van ons zijn voor geld, gezondheid en levensbedreigende momenten. Maar ook daar kunnen we een keuze in maken om die beïnvloeding te accepteren of ons eraan te onttrekken. We hebben altijd een keuze, hoe moeilijk die ook is.

Als de zon niet schijnt kun je toch in het licht leven. Onze gemoedstoestand staat in verbinding met onze gedachten. De hoeveelheid gedachten kunnen we reduceren indien we contact maken met ons lichaam en ons zeer bewust worden van onze ademhaling. De aan stress leidende samenleving is naarstig op zoek naar manieren om die stress te reduceren. Maar het is als dweilen met de kraan open. Wat de stress veroorzaakt wordt niet aangepakt, alleen onze reactie wordt tijdelijk gedempt. Onze levensstijl vormt het probleem. Wat we denken te moeten bereiken vooral.

Het vraagt een meesterlijke aanpassing als je adrenalinelevel tegen het plafond aan plakte. Niet dat dit bij mij zo was maar nietsdoen vraagt jezelf op een andere wijze bekijken en vooral het leven anders bekijken. En dat gebeurt vaak pas als het water aan de lippen heeft gestaan of als alles instort waar je je fundament mee dacht te hebben gebouwd.

Er kan veel in beweging komen als je niet meer beweegt. Je moet dat vooral gewoon uitproberen. Kijken wat er dan wel of niet tot stand komt. Wat ik vooral leerde was dat elke verwachting loslaten en niet iets tot stand willen brengen de innerlijke vrijheid tot wasdom brengt. Want elke verwachting en elk doel vraagt actie. Maar misschien dat de vraag dan omhoog komt: maar hoe ervaar ik dan zingeving in mijn leven en hoe ontdek ik dan de zin van het leven?

De dingen keren vaak ten goede zodra je ophoudt met strijden. Je kunt meer bereiken met minder inspanning. Op het juiste moment handelen en dat moment openbaart zich vanzelf door af en toe stil te staan en te luisteren en te voelen.

Zolang we ons aan een autoriteit onderwerpen die ons vertelt wat we moeten doen zoals religie, werkgever, regering, wellicht partner dan kunnen we de verantwoordelijkheid afschuiven op die autoriteit. Vrijheid zadelt ons met verantwoordelijkheid op. Verantwoordelijkheid voor ons eigen handelen en voor onze beslissingen. Maar zodra we die autoriteit afwijzen worden we eenzaam. We plaatsen ons daarmee buiten de gemeenschap van aangepasten, geconditioneerden en scheiden ons innerlijk van de grote massa af, voor wie onderwerping, het zich ondergeschikt maken, iets is dat hun zekerheid verschaft. Eenzaamheid roept bij veel mensen angst op. Deel uitmaken van een aangepast collectief verdrijft die angst voor eenzaamheid niet. Vrijheid is de mens gegeven die zonder vooringenomenheid de werkelijkheid ziet zoals die is. Alleen zijn is een deel van het mens zijn en als je het accepteert als je aard dan kun je je moedig openstellen voor het gevoel dat dit oproept. Daarmee verdwijnt de angst.

Juist afgescheiden zijn van je zelf maakt dat mensen diep eenzaam zijn. Ze hebben geen contact met zichzelf, ervaren zichzelf uitsluitend in de vorm van een kunstmatige constructie die we IK noemen.

Laten gebeuren, zonder motief leven. Gewoon omdat Leven je essentie is.

Aan alle kanten zijn we in onze bewegingsvrijheid beperkt. Altijd wordt naar het nut van alles wat we doen gekeken. Er is haast niets meer dat mensen zonder motief doen. Ze hebben altijd een aanleiding nodig. Handel door niet te handelen, door te laten gebeuren. Dingen die buiten onze ervaring vallen, daar kunnen we niets mee. Maar de nieuwsgierigheid om te leren vormt een toegangspoort om uiteindelijk kennis te maken met die diepe essentie die we kunnen leren kennen. Dat Leven de bedoeling is. Met plezier en souplesse.  Niet door lichtzinnigheid. Maar door de kunst van het nietsdoen te leren kennen door het toe te laten. Het aardse optreden zal erdoor veranderen en niet meer krampachtig zijn. Het laten gebeuren van de dingen omdat het zo bedoeld is. Ik ben verrast geworden door wat er allemaal moeiteloos en vanzelf ging, doordat ik niets meer doelmatig deed en er toch van alles gebeurde.

Zijn Volstaat

Vroeger droomde ik van de Grote Onvoorwaardelijke Liefde. Bij gebrek aan moederliefde bij mijn geboorte en na een jaar in een kliniek voor moederloze zieltjes vond ik het ook niet in het koude gespannen pleeg/adoptiegezin. Ik koesterde de hoop dat die warme alles verzengende liefde toch nog mijn leven in zou komen. Ik sloofde mij uit, paste mij aan en gaf een overvloed aan aandacht aan anderen, om maar een goed voetje te halen en het warme liefdesgevoel binnen te hengelen. Maar wat ik ook deed, hoe ik ook mijn best deed, het kwam niet.

Moederliefde kun je niet inhalen met anderen. Hoe groot mijn hart ook was en hoe romantisch mijn geest ook allerlei vormen bedacht en creerde in muziek, woorden, beelden en initiatieven, het verving niet dat basale gevoel van bij niemand horen en m’n gemis aan moederliefde. Zij was het die mij aan haar borst had moeten drukken, maar ze was er niet. Zij was het die mij verhaaltjes had moeten voorlezen maar dat deed ze niet. Zij was het die mij vragen had moeten stellen over hoe ik mij voelde, maar ze vroeg niets. Zij hield mijn hand niet vast. Zij omhelsde mij niet. Zij die mij baarde werd verkracht en kon niet met mij zijn omdat ik de spiegel was voor haar trauma. Zij die mij verzorgde was niet in staat liefde te tonen. Die bittere realiteit kon ik niet met mijn dromen doen vervagen noch met de creativiteit die mij troostte en voedde maar de pijn van de afwezigheid van een moeder niet wegnam.

Ik moest uiteindelijk emotioneel volwassen worden. Maar voordat ik dat kon worden, moest ik rouwen en intens verdrietig zijn over het grote verlies van geen liefdevolle moeder. De fasen die ik doorliep waren intens en heftig. Maar het lukte mij om de illusie en hoop geleidelijk los te laten en op te geven.

Want lang gaf ik die hoop en illusie nog een gezicht in de vorm van ‘de Vrouw van mijn Leven’ hopen te vinden. Oeverloze uitwisselingen en onmetelijk veel ontmoetingen met een hunkerend hart dat moest en zou slagen. Maar wat ik ook ondernam, het gebeurde niet. Stilletjes maakte de hoop plaats voor teleurstelling. De therapeute die mij door mijn lichaamsgericht proces begeleidde, wist mij vaak wakker te schudden: ‘je weet ze wel uit te kiezen nietwaar?’ Regelmatig trok ik verloren zielen, beschadigde vrouwen en ook vrouwen die emotioneel helemaal niet beschikbaar waren aan. Het telkens herbeleven van de niet beschikbare moeders die met zichzelf worstelden. Maar als je vaak de deksel op je neus krijgt, moet je wel diep in de beerput gaan kijken.

En dat deed ik. Grondig en onvermoeibaar. Het bleek een zuiverende reis die mij naar een innerlijke plek zou brengen waar ik vond wat ik zocht.

Mensen vanaf tien en veel meer jaren geleden zullen mij nu niet meer herkennen van binnen. De onrealistische verwachtingen zijn vervlogen. Er is ruimte gemaakt voor de realiteit en in het heden leven.

Wat er gebeurde in die belangrijke momenten van doorbraak, waren bliksemflitsen van verbanden zien met het systeem waarin ik opgroeide en verantwoordelijk worden voor mijn eigen leven en geluk. Er ontstond een verrassende grote liefde en dat bleek het Leven zelf. Niet als afweer of afleiding, maar tijdens het spiritueel wakker worden en op weg naar eigenliefde en zelfwaardering, liep ik over bruggetjes van inzicht en verwondering. Hoe kon ik in godsnaam dat wat al binnenin mij leeft, zo lang over het hoofd zien en de verantwoordelijkheid voor mijn geluk bij een ander leggen? Het hardnekkige relatie-denken waarin we denken dat die ander de ware en enige is om ons te completeren en als die ander er niet is dat er iets mis is met ons en we verdoemd worden tot een eenzaam en alleen bestaan waarin we met onze leegte worden geconfronteerd. Dat dit eveneens een illusie is waar we mee worden opgevoed, wordt bovendien bevestigd door de realiteit dat relaties vaak niet overleven omdat de taak die wij de geliefde geven niet bij hem of haar ligt. De relatie dient jou gelukkig te maken, jouw innerlijke leegte te verdrijven of voor jou te zorgen. Die sprookjes absorberen wij door romantische films en boeken. Door relaties leren wij onszelf kennen, leren we onszelf liefhebben, leren we voor onszelf te zorgen. Relaties zijn er om te leren en groeien en om uiteindelijk een goede relatie met jezelf te ontwikkelen.

Ik ben niet meer op zoek naar De Vrouw van mijn Leven. Het Leven geeft mij een diep gevoel van rust en harmonie. Mijn Liefde stroomt door mij heen. Dat is een warm gevoel. Mijn zelfgekozen momenten van afzondering maken mij net zo gelukkig als de momenten dat ik wezenlijk contact heb met mensen om mij heen. Ik kies ze nu bewust uit omdat wezenlijk contact openheid, zelfkennis en een dieper bewustzijn vraagt. Alles wat vluchtig is, is niet meer aan mij besteed. Vóór mijn catharsis werd ik beheerst door een onverzadigbare drang naar gezien en gehoord worden en ‘thuiskomen’ bij een ander en het verzamelen van een groep mensen om mij heen die een surrogaat familie moesten zijn. Juist die gedrevenheid om dat te vinden en vast te houden wat eigenlijk inhoudelijk niet meer aansloot, liet mij ervaren dat banden niet maakbaar zijn en dat juist het loslaten van een gewenste uitkomst en ruimte creëren, het natuurlijke en moeiteloze zich kan manifesteren.  

Tegenwoordig ben ik thuis bij mijzelf en ben ik mijn beste levensgezel geworden. In een staat van Zijn, blijkt vooral de uiterlijke en digitale wereld haar glorie en glans volledig te hebben verloren. Van Binnen naar Buiten leven laat geen ruimte meer voor ego-gerichte acties en manifestaties die gebaseerd zijn op vluchtige opvulling. Ik blijf er ver van weg en ervaar zelfs aversie als ik met veel oppervlakkigheid geconfronteerd wordt. De eenvoud en schoonheid van de natuur daarentegen trekt steeds meer. Daar is geen opsmuk te vinden maar beweegt alles op een natuurlijke en waarachtige wijze. Het natuurlijke in mensen krijgt ook grote aantrekkingskracht.

Maar we worden zo maatschappelijk beïnvloed met modellen waar we aan moeten voldoen en we geloven het ook vaak nog dat het zo hoort: we moeten succesvol zijn, we moeten een relatie hebben, we moeten slank zijn, we moeten het gemaakt hebben voor ons 35e. Het werkt zoveel faalangst en gevoelens van onvermogen in de hand. Wij worden onze ergste vijand door in de draaimolen van verwachtingen plaats te nemen. Verwachtingen die uitsluitend dienen om de onderliggende stem van ‘niet genoeg zijn’ te smoren. Onze schoolsystemen werken dat al vrij vroeg in ons leven in de hand door onze prestaties met harde cijfers te beoordelen. En zo worden wij gerangschikt in categorieën en leren we allemaal braaf hetzelfde. Het unieke van elk mens komt te weinig aan bod omdat we voorgeprogrammeerd worden om de ladder van succes te bestijgen. Ouders die van alles ‘willen’ voor hun kinderen en het ‘als ze maar gelukkig zijn’ helemaal niet waarmaken. Want vaak projecteren die ouders hun eigen angsten, falen en niet geleefde dromen op de kinderen die het dan voor hen nog een beetje moeten goedmaken. Unieke vaardigheden als empathie, invoelingsvermogen, zelfreflectie, diversiteit en creativiteit worden nauwelijks opgenomen in wat we op scholen leren. De meest intellectuele en academische zielen zijn vaak de meest sociaal geïsoleerde en privé moeilijk functionerende mensen. Geluk komt het meest tot stand in de interactie met andere mensen. Maar dan moet je jezelf wel kennen en de openheid hebben om oprecht geinteresseerd te zijn in een ander. En kijkend naar de groeiende bevolkingsgroepen die enkel nog via een beeldscherm, telefoon of laptop, kunnen communiceren en steeds minder in staat zijn tot een open en persoonlijk gesprek in real life, vind ik zorgwekkend. De mooie omgeving wordt niet meer waargenomen. Mensen om je heen ook niet. De huidige generatie bouwt zijn eigenwaarde via likes op facebook en Instagram. Hoe veraf kunnen we drijven van intermenselijke verbindingen. Wat we zien van anderen en wat we zelf laten zien is verre van ons dagelijks leven. De schrijnende verhalen die soms verscholen zitten achter de over producerende en compenserende zielen op online profielen zijn soms dramatisch. Laten we weer eens het gesprek aangaan en werkelijk vragen aan elkaar stellen en elkaar in de ogen kijken. Een verarming van onze innerlijke wereld zal de buitenwereld kleurloos kleuren. En daar wordt de wereld zeker niet mooier door en de stijgende psychosociale problemen als eenzaamheid en zinloosheid zullen daardoor vooral toenemen.

Ik heb het vertrouwen dat de digitale hype tot bedaren zal komen. Dat we weer gaan verlangen naar echte ontmoetingen. Dat we afknappen op al die surrealistische plaatjes en dat we gaan inzien dat wat er allemaal via ons beeldscherm voorbij trekt niet wezenlijk belangrijk is. Vroeger hoorden wij iemands mening als we met hem of haar in gesprek gingen. Tegenwoordig is er een lavastroom aan meningen die geventileerd worden via het internet. Zowel het onbewuste gewaarzijn van de mens als de aanval op wie anders denkt, voelt en leeft, trekt in razendsnel tempo voorbij. Ik hou het niet meer bij, letterlijk en figuurlijk en onttrek mij er heel graag aan. Het gebrek aan begrip en mededogen voor de mens die anders is dan jij wordt groots uitgeoefend. Mijn focus is slechts nog gericht op wat schoonheid en inspiratie voortbrengt, ook wat ik online lees.

Gisteren had ik een mooi gesprek met de monteur van de CV ketel. Hij dronk zijn glas thee samen met mij op het voorste balkon en vertelde over zijn behoefte aan rust. Dat hij zich ergerde aan de telefoongesprekken die hij hoorde als hij in de tuin zat. Vroeger woonde hij in een klein dorpje waar de rust zinnenstrelend was. We werden het erover eens dat vrije tijd, vrijheid, nauwelijks verplichtingen en een open gesprek een mens echt gelukkig maken. Bij zijn vertrek hield hij zijn hand op zijn hart en zei dat hij zo genoten had van ons gesprek. Dat zijn de juweeltjes op zo’n gewone doordeweekse dag. Heel echt en heel puur.

Wie we zijn is te vinden in ons gedrag, in wat we zien, hoe we iets uitleggen en wat we voor een ander overhebben en ook onze onbesproken woorden spreken wij uit door onze overtuigingen te leven. Wij zijn in staat de ander te respecteren en accepteren als we onszelf respecteren en accepteren. Dus als we onszelf liefhebben en met aandacht voor onszelf zorgen dan kunnen we dat ook geven aan een ander. Wees je bewust van elk woord dat je uitspreekt of online plaatst. Daarmee stuur jij jouw energie de wereld in. Laat het een opbouwende en liefdevolle energie zijn.

Wees je bewust dat ZIJN volstaat. Het leven wordt daardoor licht en vrij.

Een mooie spreuk ter afsluiting: ‘Ik ben niet wie jij denkt dat ik ben. Jij bent wie jij denkt dat ik ben.’